maandag 29 september 2008

De vrijheid van het woord moet worden hersteld

Bat Ye'or (68) is historica. Ze werd geboren in een Franstalig milieu in Egypte, maar in 1957 uitgezet. In 1983 muntte zij het begrip dhimmitude, een benaming voor de houding van verinnerlijkte onderwerping aan de islamitische superioriteit die van een dhimmi (een jood of christen die het oppergezag van de islam erkent) wordt verwacht, zoals arabist Hans Jansen schreef in het voorwoord van haar boek Eurabië (Meulenhoff, 2007). Bat Ye'or zegt dat Europa zich overgeeft aan de islam. Eind juni was de Britse te gast bij de Vlaamse conservatieve denktank Pro Flandria, waar zij haar ideeën toelichtte. Bat Ye'or is een nom de plume. Haar echte naam is Gisèle Orebi-Littman. Bij deze een interview met haar via !Uitkijk.

Het einde van de Samenwerking

Een kort science fiction verhaal
Hans Jansen

We hadden de Wijkcommissaris voor Culturele Diversiteit nooit zo veel macht en bevoegdheden moeten geven, overwoog de voorzitter. Zijn schoenen sopten. Hij was op weg naar wat nog een paar maanden zijn huis zou zijn. Het was een wonderlijke bijeenkomst geweest. De Wijkcommissaris had zich onverbiddelijk opgesteld. Bij nationaal referendum hadden hij en zijn collega’s nu eenmaal inderdaad de bevoegdheid gekregen aan een gebouw een multiculturele functie toe te kennen. Er wonen nog wel weinig, misschien zelfs geen gelovigen in de omgeving van het ‘bezit’ van de Samenwerking, had hij destijds al uitgelegd, maar juist daarom getuigt het van respect om wat nu de bibliotheek is te sluiten en in dat gebouw een gebedshuis te vestigen. Het ging bovendien toch om een bibliotheek met voornamelijk vermaaksboeken. Ach, wat was het lang geleden en wat leek het tegelijkertijd dichtbij.

Lees de rest hier

Uit: Els van Eijden & Wilma Hoeflaken, Samenwerking 100 jaar: Verhalen van schrijvende bewoners, Amsterdam 2008, pp. 55-59.

De oorzaken van de kredietcrisis

Het is niet de vrije markt, maar juist het overheidsingrijpen in die markt dat de huidige crisis heeft veroorzaakt.


Van alle kanten horen we dat de crisis is veroorzaakt door de hebzucht van bankiers en andere financiële instellingen, en dat de tijd van het ongebreidelde marktdenken nu duidelijk voorbij is.

Maar bankiers zijn altijd al hebzuchtig geweest, net zoals de andere spelers op de vrije markt. Zoals Adam Smith al opmerkte: het is niet uit de goedheid van zijn hart dat de bakker brood bakt. dit doet hij alleen om er zelf beter van te worden.

Dus hebzucht per se verklaart niet waarom banken nu opeens massaal zulke grote fouten hebben gemaakt die de hele economie in gevaar brengen. Normaliter als een bedrijf op de vrije markt foute beslissingen neemt, slechte investeringen doet, dan maakt het verlies en gaat het uiteindelijk failliet of wordt het opgekocht. Langdurig en op grote schaal slechte investeringen doen is in de vrije markt simpelweg niet mogelijk.

En dit is meteen het probleem: terwijl de schuld voor de huidige crisis bij de vrije markt wordt gelegd, is er feitelijk helemaal geen sprake van een vrije markt. Het zijn juist de onderstaande voorbeelden van overheidsingrijpen in de markt die de oorzaak zijn van het riskante gedrag van banken en daarmee van de crisis.

Lees de rest van dit artikel hier: Meervrijheid

Palestina moet worden teruggegeven aan de Arabieren

In een toespraak ter ere van “al-Quds Day” verklaarde Hassan Nasrallah, leider van Hezbollah, afgelopen vrijdag dat heel Palestina heilig was en alleen toebehoorde aan de Arabieren. “Palestina, van de zee tot de rivier, is het eigendom van Arabieren en Palestijnen en niemand heeft het recht zelfs maar een korrel aarde of één enkele steen op te geven, omdat elke korrel van het land heilig is. Het hele land moet worden teruggegeven aan de rechtmatige eigenaars’ zei Nasrallah op een dag waarop de moslims hun aanspraak op de heilige stad Jeruzalem gedenken.

Nasrallah beweerde dat Israël en de joodse lobby de wereld regeerden en invloed uitoefenden op de VS en haar bondgenoten, en legde uit dat jihad de enige manier was om resultaten te bereiken.

“Ons land zal bevrijd worden, niet door te bedelen bij de VS of het Westen, maar door de wil, de vastbeslotenheid, het verzet en de opofferingen van de mensen in dit gebied,” zei hij.

In zijn toespraak legde de leider van Hezbollah de nadruk op de heiligheid van Palestina en het lijden van de Palestijnen, en zei: “De islamitische natie heeft een historische verplichting tegenover Jeruzalem, Palestina en het Palestijnse volk.”

Eerder op vrijdag waarschuwde de voormalige Iraanse president het Westen dat de steun voor Israël een averechtse uitwerking zou hebben terwijl honderdduizenden mensen rally’s bijeenkwamen om hun steun te betuigen aan de aanspraak van de moslims op Jeruzalem.

Akbar Hashemi Rafsanjani, die in de Iraanse politiek nog steeds gezien wordt als een invloedrijk man, zei dat de VS, Groot-Brittannië en Frankrijk Israël steunen – en dat dit gevaarlijk is.

“Uiteindelijk zullen ze zichzelf in de problemen brengen,” zei Rafsanjani tijdens een gebedsceremonie in Teheran ter gelegenheid van “al-Quds Day”.

Israël zou “hardere en meer offensieve actie kunnen ondernemen” tegen Iran dan de Verenigde Staten en de Arabische wereld, waarschuwde Rafsanjani, die aan het hoofd staat van een machtige groep geestelijken die de hoogste leider van het land kunnen benoemen en wegsturen.

De staatstelevisie toonde op vrijdag ook clips van hardliner President Mahmoud Ahmadinejad in New York. De president, die in de VS is voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, zei dat Israël niet de steun heeft van de gewone mensen in de Verenigde Staten.

Hij sprak ook zijn afkeuring uit over de honderden demonstranten die tijdens deze trip tegen hem protesteerden.

“Het was een grote mislukking voor hen,” zei Ahmadinejad.

De meest recente anti-Israël opmerkingen van de Iraanse leiders komen op het moment dat duizenden in steden door het hele land bijeenkomen om te protesteren tegen de nog steeds voortdurende greep van Israël op Jeruzalem, de stad waar de profeet van de islam Mohammed volgens de moslims zijn reis naar de hemel begon.

In de hoofdstad Teheran scandeerden demonstranten “Dood aan Amerika” en “Dood aan Israël” om de dag van “al-Quds” te gedenken. Sommige demonstranten verbrandden ook Amerikaanse en Israëlische vlaggen.

Volgens een verklaring van het Centrale Joodse Comité in Teheran, waarvan een kopie ter beschikking werd gesteld aan The Associated Press, nam de joodse gemeenschap van Teheran ook deel aan de demonstratie.

De staatstelevisie deed verslag van verscheidene dergelijke demonstraties in alle andere provinciale hoofdsteden en kleinere steden door het hele land.

Sinds de islamitische revolutie in 1979 heeft Iran de laatste vrijdag van de islamitische heilige maand Ramadan gevierd als “al-Quds Day”, als een manier om steun te betuigen aan de Palestijnen en het belang van Jeruzalem voor de moslims te benadrukken.

Ook in de Syrische hoofdstad Damascus werden bijeenkomsten gehouden ter gelegenheid van “al-Quds”.

Meer dan 3.000 personen kwamen bijeen bij het Yarmouk-vluchtelingenkamp, ze droegen Palestijnse vlaggen en anti-Israël spandoeken. De bijeenkomst werd bijgewoond door verscheidene functionarissen van in Syrië gevestigde Palestijnse facties zoals Ahmed Jibril, de secretaris-generaal van het radicale Popular Front for the Liberation of Palestine General-Command.

“Deze dag is een dag van volkswoede in de Arabische en islamitische naties. Die is gericht tegen allen die samenspannen tegen Palestina en Jeruzalem,” zei Jibril, blijkbaar verwijzend naar Arabische landen die betrekkingen met Israël onderhouden. “Jeruzalem wordt elke dag verder verwoest en aan het judaïsme aangepast, terwijl de Israëlische vlag in hun hoofdsteden wappert.”

Een andere functionaris, Ziad Nakhale van de groep Islamic Jihad, zei dat Jeruzalem heilig is voor de moslims en dat “we alle moslims over de hele wereld oproepen om het te bevrijden.”

De twaalfjarige Mohammed Kheir, die gekleed in een camouflage-uniform deelnam aan de bijeenkomst, zei dat hij Jeruzalem nooit zal vergeten.

“Palestina is van ons en het is het meest kostbare voor mij. We zullen het nooit vergeten. Dat is wat mijn vader ons heeft geleerd,” zei de jongen.

Commentaar: Hij zei of infereerde niet dat het toebehoort aan de Palestijnen, hij zei dat het toebehoort aan de Arabieren. Hij zei eindelijk de “waarheid” – het gaat niet om een Palestijns–Israëlisch conflict – dat is nooit zo geweest. Waar het om gaat is dat de Arabieren onmogelijk joden als leiders van een joodse staat kunnen accepteren in een gebied waarvan zij denken dat het EIGENDOM is van de Arabieren! Het gaat niet eens om land – het gaat erom dat de Arabieren de controle erover kwijt zijn en die willen ze terug. Mijn beste Westerse vrienden en collega’s, wat hebben jullie nog meer nodig om je ogen te openen voor de fundamentele oorzaken van de problemen hier? Er is nu een heel andere reeks tactieken en strategieën nodig – hebben jullie de moed dit toe te geven?

GS Don Morris, Ph.D.

Lees de Engelse versie hier: docstalk.blogspot.com

donderdag 25 september 2008

Met vlag en wimpel gezakt

Premier Balkenende onderhandelde destijds namens Nederland op de EU-top in Lissabon over de nieuwe Europese Grondwet/Verdrag van Lissabon en was bijzonder tevreden over de door hem behaalde resultaten. Jubelend kwam hij het Nederlandse volk vertellen dat "er recht is gedaan aan de zorgen die in Nederland leven”.

Dat de gemiddelde Nederlander niet zat te wachten op een Europese superstaat, maar op heel veel terreinen gewoon in zijn eigen land op zijn eigen manier zijn eigen boontjes wil doppen had Balkenende wel door. Gelukkig had hij daar ook meteen een oplossing voor en onder druk van Nederland was er al spoedig geen sprake meer van een Europese vlag of volkslied. Hoera, hoera. De symbolen waren afgeschaft, dus er was niets meer aan de hand. De Nederlandse burger kon rustig gaan slapen, Den Haag waakte over onze belangen.

Tegenstanders van de Europese Grondwet/het Verdrag van Lissabon hebben wel vaker gewaarschuwd dat de voorlopig gestrande Grondwet/Verdrag achter de schermen bij stukjes en beetjes zal worden ingevoerd. De herinvoering van de “nationale” symbolen van de EU is een mooi voorbeeld van deze tactiek. Het Comité van Constitutionele Zaken van het Europese Parlement heeft net beslist om de “nationale” symbolen van de EU in ere te herstellen. Volgens Daniel Hannan wordt er zelfs een nog prominentere plaats voor ze ingeruimd dan eerst. Elke keer dat de president van de EU in het Parlement verschijnt, zal nu het “nationale volkslied” klinken, terwijl alle parlementsledenleden in de houding staan.

Sneu voor Jan Peter dat zijn grote coup van Lissabon met één klap teniet is gedaan? Bij veel mensen zou de eerste gedachte echter wel eens kunnen zijn: “O, zie je wel, afgesproken werk. Hebben ze toch hun zin.” In ieder geval blijkt weer eens dat zelfs wat betreft een uiterlijkheid als dit Den Haag niet waakt voor onze belangen. De Nederlandse burger zal er goed aan doen zelf wakker te blijven.

Zie ook: My plan to sabotage the EU national anthem

Bloggers: de nieuwe dissidenten

Marianne Mikko, Estisch Europarlementariër en lid van de Sociaaldemocratische Partij van Estland maakt zich zorgen dat een groeiend aantal individuen met “kwaadaardige bedoelingen of verborgen agenda’s” gebruik maakt van blogs. Ze heeft een voorstel ingediend dat bloggers zou verplichten zich te identificeren en sommige populaire blogs zou dwingen hun belangen openbaar te maken.

"We hoeven de exacte identiteit van de bloggers niet te weten. Wat we nodig hebben zijn hun kwalificaties, een kwaliteitsmerk, openheid over wie er schrijft en waarom. Dit is nodig om er zeker van te zijn dat we de bron kunnen vertrouwen,” zei ze.

Uit een onlangs uitgelekt intern rapport van de Europese Commissie blijkt dat de EU in de strijd om de “hearts and minds” online het onderspit delft. “De blogs blijven in overweldigende mate negatief,’ vermeldde het rapport.

Brussel ligt nog steeds op koers om haar ideaal van een Europese superstaat te verwezenlijken. Ten koste van alles moet deze ondemocratische heilstaat, die in nauwe samenwerking met de islamitische landen paal en perk moet stellen aan de verderfelijke invloed van de VS, een feit worden. Dat de Europese burger naast de Eurofiele propaganda van de politieke elite beschikt over onafhankelijke bronnen van informatie wordt op z’n minst als “unhelpful” gezien. Vandaar deze eerste stap in de “search and destroy”-missie van de EU met als uiteindelijk doel de bloggers het zwijgen op te leggen.

De actie van vandaag zal niets bijdragen aan de populariteit van de EU. Integendeel, juist door dit soort zaken begint Brussel steeds meer gelijkenis te vertonen met Moskou, waar politiek onwelgevallige meningen met alle mogelijke middelen werden en worden onderdrukt. Het schrijven over controversiële zaken brengt in de huidige maatschappij, waarin bepaalde groepen geweld niet schuwen, risico’s met zich mee voor de schrijvers persoonlijke veiligheid (wat op zich al een levensgroot schandaal is). Anonimiteit is voor veel bloggers dan ook van levensbelang. Het feit dat Brussel zijn eigen belangen boven de levens van de Europese burger stelt zegt al genoeg. De blogger is de nieuwe dissident. Het wachten is straks op een Europese goelag.

Zie ook: Euro-MP's to vote on anonymous blog ban

woensdag 24 september 2008

Islam- en Koranonderwijs op Openbare en Katholieke scholen?

Verstandige woorden van de arabist Hans Jansen:

Een potje schelden kan een mens enorm opluchten. Zou dat voor God ook gelden? Dat is in ieder geval wel hoe de Koran het voorstelt. Joden en christenen die geen moslim willen worden, krijgen er stevig van langs.

Ze worden uitgemaakt voor varkens, apen, ezels, honden, en de rest van de kinderboerderij. Het gaan om minstens vijf passages, soera 2:65, 5:60, 7:166, 8:55 en 74:50. Dat is te vaak om van een schrijffoutje te kunnen spreken. (Een ‘soera’ is een hoofdstuk uit de koran).
En dan is er nog soera 9:30 waar aan het einde van het vers de wens wordt uitgesproken dat ieder die gelooft dat Christus de zoon van God is in de strijd mag sneuvelen. In het Arabisch qaatalahumullaah, ‘moge Allah hen doen sneuvelen in de strijd’.

...

Apart islamitisch godsdienstonderwijs of extra koranonderwijs aan Nederlandse kinderen, katholiek of niet, is dan ook uit den boze. De gewone lessen dienen gegeven te worden door mensen met ruggegraat en stevige knieën, die weten waar het om gaat.

De bedreigingen die de koran en de islam uiten jegens andersdenkenden, maken deze ongeschikt als lesmateriaal voor die andersdenkenden, en zeker voor hun kinderen.


Lees het hele artikel op hoeiboei.blogspot.com

Religieuze propaganda, het doet er niet toe voor welke religie, hoort principieel niet thuis op een openbare school. Dit onderwerp hoort in het openbaar onderwijs alleen op een neutrale manier aan bod te komen binnen vakken als geschiedenis of maatschappijleer. Het zou beter zijn de mogelijkheid van godsdienstlessen binnen het openbaar onderwijs volledig af te schaffen. Wie zijn kinderen lessen over de bijbel of de koran wil laten volgen stuurt ze maar naar de zondags- of koranschool.

Koranlessen op openbare scholen zijn slechts het begin van de islamisering van ons openbaar onderwijs, en zullen automatisch gaan leiden tot meer "verzoeken" en "overleg". Wat gebeurt er tijdens koranlessen? Wordt er gebeden? Moeten de kinderen zich daar ritueel voor reinigen? Zou het niet fijn zijn als ze daar voetbaden voor hadden in plaats van de wasbak te moeten gebruiken, zodat de toiletten schoon blijven? Zou het niet prettig zijn als er een apart lokaal/gebedsruimte zou zijn waar overdag geen haram activiteiten plaatsvinden? Zou het niet leuk zijn als er wat meer informatieve boeken over de islam in de schoolbibliotheek beschikbaar zouden zijn, zodat kinderen die iets over de islam willen weten bij het "juiste materiaal" terecht kunnen? Verbaas je niet als straks het belastinggeld dat bedoeld is voor onderwijs wordt "afgebogen" om dit soort onzin te financieren. Nog afgezien van het feit dat deze scholen dan natuurlijk te maken krijgen met de in de islam vereiste segregatie van de seksen (geen gemengd douchen, sporten, zwemmen) en in feite dus gaan meewerken aan het ondermijnen van de gelijkheid van man en vrouw, nota bene een in onze grondwet vastgelegd recht. Bezint eer ge begint...

Lees ook: Een voet tussen de deur...

zondag 21 september 2008

De Eurabië Code deel 1

Wie zich afvraagt hoe het in Europa toch ooit zover heeft kunnen komen...

Vertaling van een essay van Fjordman

Ik besloot dit essay te schrijven na een opmerking van een journalist, volgens de normen van mijn land geen links denkende, die Eurabië afdeed als louter een complottheorie, één die gelijkstaat aan De Protocollen van de Wijzen van Sion. Ik bestrijd het feit dat er complottheorieën bestaan niet, en dat ze gevaarlijk kunnen zijn evenmin. Voor de Tweede Wereldoorlog hielpen de Protocollen en de dolkstootlegende – het idee dat Duitsland de Eerste Wereldoorlog niet had verloren maar werd verraden door socialisten, intellectuelen en joden – tenslotte de weg te effenen voor Adolf Hitler en de nazi’s.

Wat mij echter verbaast is dat het een wijd en zijd verbreide overtuiging van velen is (niet alleen in de islamitische wereld maar in Europa en zelfs in de Verenigde Staten), dat de terroristische aanval die op 11 september 2001 de Twin Towers in New York liet instorten, in werkelijkheid een door de Amerikaanse regering uitgevoerde gecontroleerde demolitie was waarvan de moslims de schuld kregen. Ik heb vaak gezien dat deze stelling in de Westerse media werd besproken. Terwijl hij vaak (hoewel niet altijd) wordt verworpen en bespot, wordt er tenminste over gesproken.

Eurabië daarentegen – de stelling, dat de islamisering van Europa niet enkel toevallig gebeurde, maar met de actieve medewerking van Europese politieke leiders – wordt nauwelijks vermeld, ondanks het feit dat dit veel gemakkelijker te documenteren is. Raakt het idee van Eurabië misschien een zenuw? Past het misschien niet in de anti-Amerikaanse instelling van veel journalisten? Vreemd genoeg schrijven zelfs die naar links neigende journalisten die verder kritisch tegenover de Europese Unie staan vanwege haar vrije marktelementen nooit over Eurabië.

Daarom ga ik toetsen of de Eurabië-stelling klopt, of op zijn minst waarschijnlijk is. Ik heb dit project ‘De Eurabië Code’ genoemd, met een toespeling op Dan Brown’s enorme bestseller . De Da Vinci Code Brown’s roman “documenteert” een samenzwering van de katholieke Kerk om de waarheid over Jezus te verhullen. Ik weet niet of mijn werk even populair gaat worden, maar ik weet wel zeker dat het een stuk dichter bij de waarheid is. De volgende keer dat dhr. Dan Brown wil schrijven over enorme samenzweringen in Europa zou hij er goed aan doen zijn oog op Brussel te laten vallen in plaats van op Rome. Dat zou een stuk interessanter zijn.

Hieronder volgt een korte samenvatting van de stelling die naar voren wordt gebracht door Bat Ye’or in haar boek Eurabia: The Euro-Arab Axis (Eurabië: de geheime banden tussen Europa en de Arabische wereld). Mijn informatie is gebaseerd op haar boek (dat in zijn geheel moet worden gelezen). Bovendien heb ik sommige van haar artikelen en interviews als bron gebruikt. Ik publiceer dit materiaal opnieuw met haar goedkeuring, maar deze samenvatting is geheel de mijne.

In een interview met de Israëlische krant Haaretz legde Bat Ye’or uit hoe de Franse president Charles de Gaulle, teleurgesteld door het verlies van de Franse kolonies in Afrika en het Midden-Oosten en de tanende invloed van Frankrijk in de internationale arena, in de jaren zestig besloot een strategische alliantie te creëren met de Arabische en islamitische wereld om te concurreren met de dominantie van de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie.

“Dit is een kwestie van een totale transformatie van Europa, het resultaat van opzettelijk beleid,” zei Bat Ye’or. “We stevenen nu af op een totale verandering in Europa, dat meer en meer geïslamiseerd zal raken en een politieke satelliet zal worden van de Arabische en islamitische wereld. De Europese leiders hebben besloten tot een alliantie met de Arabische wereld, waardoor ze het op zich hebben genomen de Arabische en islamitische benadering van de Verenigde Staten en Israël te accepteren. Dit niet alleen met betrekking tot buitenlandse politiek, maar ook waar het kwesties betreft die te maken hebben met de interne Europese maatschappij, zoals immigratie, de integratie van de immigranten en het idee dat de islam deel uitmaakt van Europa.”

“Europa wordt voortdurend bedreigd door terreur. Terreur is een manier om druk uit te oefenen op de Europese landen om ze te dwingen voortdurend te capituleren voor de eisen van de vertegenwoordigers van de Arabische wereld. Ze eisen bijvoorbeeld dat Europa zich altijd tegen Israël en voor de Palestijnen uitspreekt.”

Zo werd het Eurabië-project een uitgebreide visie van de anti-Amerikaanse Gaullistische politiek die afhing van de vorming van een Euro-Arabische entiteit die vijandig stond tegenover Amerikaanse invloed. Dit bevorderde de Europese ambities om belangrijke invloedssferen in de vroegere Europese kolonies te behouden, terwijl zich enorme markten openden voor Europese producten in de Arabische wereld, vooral in olieproducerende landen, en de aanvoer van aardolie en aardgas naar Europa werd gewaarborgd. Bovendien zou het van de Middellandse Zee een Euro-Arabische binnenzee maken door immigratie van moslims te bevorderen en multiculturalisme promoten door een sterke islamitische aanwezigheid in Europa.

De term “Eurabië” werd halverwege de jaren zeventig voor de eerste keer geïntroduceerd als de titel van een tijdschrift dat onder redactie van de voorzitter van de Association for Franco-Arab Solidarity, Lucien Bitterlein, werd uitgegeven in samenwerking met de Groupe d’Etudes sur le Moyen-Orient (Genève), France-Pays Arabes (Parijs) en de Middle East International (Londen). Hun artikelen riepen op tot gemeenschappelijke Euro-Arabische standpunten op elk niveau. Deze concrete voorstellen waren geen mijmeringen van geïsoleerde theoretici; in plaats daarvan brachten ze concrete beleidsbesluiten naar buiten die werden bedacht in samenwerking met, en gerealiseerd door Europese staatslieden en leden van het Europese Parlement.

Tijdens een persconferentie op 27 november, 1967 verklaarde Charles de Gaulle openlijk dat de samenwerking van Frankrijk met de Arabische wereld de “fundamentele basis van onze buitenlandse politiek” was geworden. Tegen januari 1969 besloot de Tweede Internationale Conferentie ter Ondersteuning van de Arabische Volkeren in Cairo in resolutie 15 “om speciale parlementaire groepen te vormen, waar die nog niet bestaan, en het parlementaire platform te gebruiken ter ondersteuning van de Arabische volkeren en het Palestijnse verzet.” Vijf jaar later werd in juli 1974 in Parijs de Parlementaire Associatie voor Euro-Arabische Samenwerking (Parliamentary Association for Euro-Arab Cooperation) gecreëerd, onder de rubriek Euro-Arabische Dialoog.

Bat Ye’or heeft de nadruk gelegd op deze gedeelde Euro-Arabische politieke agenda. De eerste stap was de creatie van een gemeenschappelijke buitenlandpolitiek. Frankrijk was de drijvende kracht achter deze eenwording, die generaal de Gaulle’s kring van vertrouwelingen en Arabische politici al op het oog hadden gehad.

De Arabische staten eisten van Europa toegang tot Westerse wetenschappen en technologie, Europa’s politieke onafhankelijkheid van de Verenigde Staten, Europese druk op de Verenigde Staten om zich aan te sluiten bij hun Arabische beleid en de demonisering van Israël als een bedreiging voor de wereldvrede, evenals maatregelen die gunstig waren voor immigratie van Arabieren en de verspreiding van de islamitische cultuur in Europa. Deze samenwerking behelsde ook de erkenning van de Palestijnen als een apart volk en de PLO en haar leider Arafat als hun vertegenwoordigers. Tot 1973 werden ze alleen Arabische vluchtelingen genoemd, zelfs door andere Arabieren. Het concept van een Palestijnse “natie” bestond gewoon niet.

Gedurende de oliecrisis in 1973 kondigden de Arabische leden van de Organisatie van Olie Exporterende Landen (Organisation of Oil Exporting Countries, OPEC) aan dat, in verband met de Yom Kippoer-oorlog die gaande was tussen Israël en haar Arabische buurlanden Egypte en Syrië, OPEC niet langer aardolie zou verschepen naar Westerse landen die Israël steunden. De plotselinge stijging in olieprijzen had blijvende gevolgen. Niet alleen ontstond er een grote toevloed van petrodollars naar landen als Saudi-Arabië, die de Saudi’s in staat stelde een wereldwijde islamitische heropleving te financieren, maar het had ook een impact in het Westen, vooral in Europa.

De Arabische leiders moesten echter hun olie verkopen. Hun bevolking was heel afhankelijk van economische en technologische hulp van Europa. De Amerikanen wezen hierop tijdens het olie-embargo in 1973. Hoewel volgens Bat Ye’or de oliefactor zeker hielp de Euro-Arabische Dialoog te versterken, was het hoofdzakelijk een voorwendsel om beleid te verhullen dat al in Frankrijk was verschenen voor de crisis plaatsvond. Het beleid, dat in de jaren zestig was bedacht, had sterke antecedenten in de 19e-eeuwse Franse droom over een Arabisch rijk te heersen.

Deze politieke agenda was versterkt door de opzettelijke culturele transformatie van Europa. Euro-Arabische Dialoog symposia die werden gehouden in Venetië (1977) en Hamburg (1983) behelsden aanbevelingen die met succes in praktijk zijn gebracht. Deze aanbevelingen werden vergezeld door een doelbewuste toevloed van enorme aantallen Arabische en islamitische immigranten in Europa toe te staan.

De aanbevelingen omvatten:

  • Coördinatie van de door de Arabische landen geleverde inspanningen om de Arabische taal en cultuur in Europa te verspreiden.

  • Oprichting van gemeenschappelijke Euro-Arabische culturele centra in alle Europese hoofdsteden.

  • De noodzaak Europese instellingen en universiteiten te voorzien van Arabische leraren, gespecialiseerd in het lesgeven van het Arabisch aan Europeanen.

  • De noodzaak van samenwerking tussen Europese en Arabische specialisten om een positief beeld te presenteren van de Arabisch-islamitische beschaving en contemporaine Arabische kwesties aan een ontwikkeld publiek in Europa.


Deze afspraken konden niet worden vastgelegd in geschreven documenten en verdragen vanwege hun politiek gevoelige en fundamenteel ondemocratische aard. De Europese leiders kozen er daarom angstvallig voor om hun ideeën “dialogen” te noemen. In alle vergaderingen, comités en werkgroepen zaten vertegenwoordigers van landen uit de Europese Gemeenschap en de Europese Raad samen met leden van Arabische landen en de Arabische Liga. Vergaderingen werden gehouden in gesloten sessie, beslissingen werden genomen achter gesloten deuren. Officiële notulen werden niet vastgelegd.

De Euro-Arabische Dialoog (EAD) is een politieke, economische en culturele instelling die ten doel heeft te zorgen voor een perfecte cohesie tussen Europeanen en Arabieren. De structuur werd opgezet op conferenties in Kopenhagen (15 december 1973) en Parijs (31 juli 1974). Het belangrijkste instrument van dit beleid is de Parlementaire Associatie voor Euro-Arabische Samenwerking, gesticht in 1974. De overige belangrijkste organen van de Dialoog zijn het Medea Instituut en het European Institute of Research on Mediterranean and Euro-Arab Cooperation, opgericht in 1995 met steun van de Europese Commissie.

In een interview met Jamie Glazov van Frontpage Magazine legde Bat Ye’or uit: “in het interne beleid schiep de EAD een nauwe samenwerking tussen de Arabische en Europese media televisie, radio, journalisten, uitgeverijen, de academische wereld, culturele centra, schoolboeken, studenten- en jeugdorganisaties, toerisme. Interkerkelijke dialogen waren een doorslaggevend element van dit beleid. Eurabië is daarom dit sterke Euro-Arabische netwerk van associaties – een allesomvattende symbiose van samenwerking en partnerschap met betrekking tot beleid, economie, demografie en cultuur.”

De drijvende kracht van Eurabië, de Parlementaire Associatie voor Euro-Arabische Samenwerking, werd in 1974 in Parijs opgericht. Ze heeft nu meer dan zeshonderd leden – van alle grote Europese politieke partijen – die actief zijn in hun eigen nationale parlementen, evenals in het Europese Parlement. Frankrijk is nog steeds de belangrijkste voorvechter van deze associatie.

Een breed opgezet beleid werd geschetst. Het hield in een symbiose van Europa met de Arabische moslimlanden dat Europa – en vooral Frankrijk, de belangrijkste motor van het project – een invloed en prestige zou schenken om te concurreren met dat van de Verenigde Staten. Dit beleid werd heel discreet ter hand genomen, ver bezijden de officiële verdragen, door gebruik te maken van de onschuldig klinkende naam van Euro-Arabische Dialoog. De organisatie functioneerde onder de auspiciën van Europese ministers, in nauwe samenwerking met hun Arabische tegenhangers, en met de vertegenwoordigers van de Europese Commissie en de Arabische Liga. Het doel was de creatie van een panmediterrane entiteit die het vrije verkeer van zowel mensen als goederen mogelijk zou maken.

Op het culturele front werd begonnen met het volledig herschrijven van de geschiedenis, te beginnen met de Europese universiteiten in de jaren zeventig. Dit proces werd geratificeerd door de parlementaire vergadering van de Raad van Europa in september 1991, tijdens de vergadering die gewijd was aan “De bijdrage van de islamitische beschaving aan de Europese cultuur.” Dit werd nog eens bevestigd door de Franse president Jacques Chirac in zijn toespraak van 18 april 1996 in Cairo, en bekrachtigd door Romano Prodi, president van de machtige Europese Commissie, de "regering" van de EU, en latere premier van Italië, door de oprichting van een Foundation on the Dialogue of Cultures and Civilizations. Deze stichting moest toezicht houden op alles wat er over de islam in Europa werd gezegd, geschreven en onderwezen.

Gedurende de afgelopen drie decennia hebben de politieke en culturele organisaties van de EEG en de EU een imaginaire islamitische beschaving en geschiedenis verzonnen. De gedocumenteerde geschiedenis van schendingen van de fundamentele mensenrechten voor alle niet-moslims en vrouwen onder de sharia (de islamitische wet) wordt genegeerd of van tafel geveegd. In dit wereldbeeld komt het gevaar alleen van de Verenigde Staten en Israël. De scheppers van Eurabië hebben in de Europese media een succesvolle propagandacampagne tegen deze beide landen gevoerd. Deze vervalsing werd vergemakkelijkt door reeds bestaande tendensen tot antisemitisme en anti-Amerikanisme in delen van Europa, hoewel beide sentimenten door de Eurabiërs en hun collaborateurs buitengewoon zijn opgeblazen.

Op 31 januari 2001, met het opnieuw uitbreken van de Palestijnse terroristische jihad, verklaarde de Europees Commissaris voor Externe Betrekkingen Chris Patten voor het Europees Parlement dat de buitenlandse politiek van Europa speciale aandacht moest schenken aan haar zuidelijke flank (de Arabische landen, in EU-jargon), en hij voegde eraan toe dat hij opgetogen was door de algemene goedkeuring om meer zichtbaarheid te geven aan het Mediterrane Partnerschap.

Bat Ye’or meent: “Onze politici zijn volkomen op de hoogte van de islamitische geschiedenis en het huidige beleid van hun ambassades, agenten en specialisten. Er is geen sprake van argeloosheid, maar van een overweldigende hardnekkigheid van corruptie, cynisme en de pervertering van waarden.”

In het voorwoord van haar boek verklaart ze: “Dit boek beschrijft de evolutie van Europa van een joods-christelijke beschaving, met belangrijke post-Verlichting seculiere elementen tot een post-joods-christelijke beschaving die ondergeschikt is aan de ideologie van jihad en de islamitische machten.”

De nieuwe Europese beschaving in de maak kan heel correct een “beschaving van dhimmitude” worden genoemd. Het woord dhimmitude is ontleend aan het woord “dhimmi” uit de koran. Het verwijst naar de onderworpen, niet-moslim individuen die restrictieve en vernederende ondergeschiktheid aan de islamitische macht accepteren om slavernij of de dood te vermijden. De hele islamitische wereld zoals we die vandaag kennen is een product van deze 1300 jaar oude jihad-dynamiek, waardoor eens bloeiende beschavingen met een niet-moslim meerderheid zijn gereduceerd tot een staat van disfunctie en dhimmitude. De dhimmi’s zijn inferieure wezens die vernedering en agressie in stilte verdragen. Dit arrangement stelt de moslims in staat onder de bescherming van de wet te genieten van een straffeloosheid die zowel hun haat als hun superioriteitsgevoel doet toenemen.

Eurabië is een nieuwe entiteit. Deze entiteit heeft politieke, economische, religieuze, culturele en mediacomponenten die door machtige overheidslobby’s aan Europa zijn opgelegd. Terwijl Europeanen binnen de beperkingen van Eurabië leven zijn maar weinig van hen zich daar, behalve op een enigszins vage manier, dagelijks van bewust.

Dit Eurabische beleid, dat in vage termen wordt uitgedrukt, wordt door de hele Europese Unie op het hoogste politieke niveau uitgevoerd en gecoördineerd. Het verspreidt een anti-Amerikaanse en antisemitische Euro-Arabische subcultuur door het stramien van elke sociale, culturele en mediasector. Dissidenten worden tot zwijgen gebracht of geboycot. Soms worden ze ontslagen, slachtoffers van een totalitaire “correctheid” die voornamelijk door de academische, politieke en mediasectoren wordt opgelegd.

Volgens Bat Ye’or kunnen Frankrijk en de rest van West-Europa hun beleid niet meer wijzigen: “Het is een project dat consequent is bedacht, gepland en nagestreefd door middel van immigratiepolitiek, propaganda, kerkelijke ondersteuning, economische samenwerking en hulp, culturele, academische en media-samenwerking. Generaties zijn opgegroeid binnen deze politieke structuur; zij zijn opgevoed en geconditioneerd om het te ondersteunen en er in mee te gaan.”

Is wat Bat Ye’or beweert juist, of zelfs maar mogelijk?

Bernard Lewis heeft erop gewezen dat historici het met elkaar eens zijn: “dat de moderne geschiedenis van het Midden-Oosten begint in het jaar 1798, toen de Franse Revolutie in Egypte arriveerde in de vorm van een klein expeditieleger geleid door een jonge generaal met de naam Napoleon Bonaparte – die het land veroverde en het toen een poosje met ontstellend gemak regeerde.”

In een mislukte poging de steun van de Egyptische bevolking te winnen vaardigde Napoleon proclamaties uit die de islam prezen. “Egyptenaren,” verkondigde hij toen hij in 1798 Alexandrië binnentrok, “Men zal jullie hebben verteld dat ik gekomen ben om jullie religie te vernietigen; geloof dat niet! Antwoord dat ik ben gekomen om jullie je rechten terug te geven, om de overweldigers te straffen, en dat ik, meer dan de Mammelukken, God, Zijn Profeet en de koran respecteer.”

Volgens ooggetuigen eindigde Napoleon zijn proclamatie met de woorden: “God is groot en Mohammed is Zijn Profeet.” In de oren van een moslim klink dit als de shahada – de verklaring van geloof in de eenheid van Allah en in de profeet Mohammed als zijn laatste boodschapper. Het reciteren van de shahada, de eerste van de vijf pilaren van de islam, wordt beschouwd als het teken dat iemand zich tot de islam heeft bekeerd. Moslims konden zo concluderen dat Napoleon zich had bekeerd tot de islam. Eén van zijn generaals, Jacques Ménou, heeft zich inderdaad tot de islam bekeerd.

De Fransen werden later door de Engelse admiraal Lord Nelson verslagen en gedwongen Egypte te verlaten. Hoewel de Franse expeditie naar Egypte maar drie jaar duurde, toonde het aan dat het Westen nu zo superieur was aan de islamitische wereld dat Westerlingen naar eigen goeddunken konden binnendringen in het hart van het Arabische gebied, toen nog onderdeel van het Ottomaanse Rijk. Alleen een andere Westerse macht kon hen dwingen te vertrekken. De schok van dit besef was de aanleiding voor de eerste pogingen in de 19e eeuw om de islam te hervormen.

Een positief resultaat van de Westerse verovering was de toevloed van Franse wetenschappers in Egypte en het ontstaan van de moderne egyptologie. Het belangrijkste resultaat was de ontdekking van de Steen van Rosetta, die later door de Franse filoloog Jean-Francois Champollion werd gebruikt om de oude Egyptische hiërogliefen te ontcijferen. Het treffen had echter ook een blijvende impact op Europa, en vooral op Frankrijk.

De Franse invasie van Algerije in 1830 luidt het begin in van nog een hoofdstuk in dit verhaal. Later heersten de Fransen over Tunesië en Marokko. Na de Eerste Wereldoorlog kregen de Fransen ten slotte het mandaat over de vroegere Turkse gebieden van het Ottomaanse Rijk die nu Syrië en Libanon zijn. Na de Tweede Wereldoorlog verlieten de Franse troepen geleidelijk de Arabische gebieden wat culmineerde in oorlog en de onafhankelijkheid van Algerije in 1962. De lange betrekking met de Arabieren had tot gevolg dat de Fransen geloofden dat ze een speciale relatie met en inzicht in de Arabieren en de moslims hadden. Naast het Franse leiderschap in continentaal Europa zou dit nu de basis vormen voor een nieuw buitenland beleid.

President de Gaulle spande zich zeer in voor een Frankrijk en een Europa dat onafhankelijk was van de twee supermachten. In een toespraak zei hij: “Ja, het is Europa, van de Atlantische Oceaan tot de Oeral, het is Europa, het is het hele Europa dat het lot van de wereld zal bepalen.” In 1966 trok hij Frankrijk terug uit de gemeenschappelijke militaire structuur van de NAVO, maar het bleef wel lid van de organisatie.

De Gaulle’s veroordeling van de Israëlische bezetting van de West Bank en de Gaza-strook na de Zesdaagse Oorlog in 1967 betekende een belangrijke verandering in de Franse buitenlandse politiek. Daarvoor was Frankrijk – net als de rest van West-Europa – uitgesproken pro-Israël geweest, het had zelfs nog in 1956 samen met Israël oorlog gevoerd tegen Nassers Egypte. Vanaf 1967 begon Frankrijk echter een uitgesproken pro-Arabische koers te varen.

Men zegt wel dat de buitenlandse politiek van Engeland sinds de 16e eeuw hetzelfde is gebleven. Deze had ten doel te verhinderen dat een land, of het nu Spanje, Frankrijk of later Duitsland was, continentaal Europa zodanig domineerde dat het een bedreiging vormde voor Engeland. Aan de andere kant zou men ook kunnen zeggen dat de buitenlandse politiek van Frankrijk verscheidene eeuwen lang hetzelfde is gebleven: het doel is te vechten voor Frans leiderschap over Europa en het Middellandse Zeegebied teneinde de Angelsaksische (en later de Anglo-Amerikaanse) dominantie in te perken. Dit beeld werd ingewikkelder door de eenwording van Duitsland laat in de 19e eeuw, maar de contouren zijn tot op heden gebleven.

Napoleon is de grote held van de Franse premier de Villepin. Verscheidene Franse leiders hebben in 2005 heel openlijk verklaard dat de voorgestelde EU-grondwet in principe een vergroot Frankrijk was. Minister van Justitie Dominique Perben zei: “We hebben eindelijk dit ‘Europe à la Française’ (‘dit Europa op z’n Frans’) bereikt waar we al zo lang op hebben gewacht. Dit constitutionele verdrag is een vergroot Frankrijk. Het is een Europa, geschreven in het Frans.”

De Europese integratie is vanaf het begin een door de Fransen aangevoerde onderneming geweest. Het feit dat de Franse politieke elite nooit het vasthouden aan hun leiderschap over Europa hebben laten varen werd duidelijk gedemonstreerd gedurende de oorlog in Irak. President Chirac deed in 2003, nadat Polen, Hongarije en Tsjechië zich achter de VS hadden geschaard, de vermaarde uitspraak: “Ze hebben een mooie kans gemist om hun mond dicht te houden,” en voegde eraan toe: “Deze landen hebben zich niet erg netjes gedragen, zonder zich zorgen te maken over het gevaar van te snel één lijn te trekken met de Amerikaanse positie.”

Jean Monnet, de Franse econoom die nooit in een publieke functie is gekozen, wordt door velen gezien als de architect van de Europese integratie. Monnet was een pragmatist met goede connecties die achter de schermen werkte aan de geleidelijke realisatie van de Europese eenheid.

Richard North, de publicist van het blog EU Referendum en medeauteur (met Christofer Booker) van The Great Deception: Can The European Union Survive, bericht dat Jean Monnet er jarenlang – op zijn minst vanaf de jaren twintig van de vorige eeuw – van droomde om een “Verenigde Staten van Europa” te vormen. Hoewel Monnet in werkelijkheid in de zin had een Europese entiteit te creëren met alle kenmerken van een staat, “werd met opzet gekozen voor vage bewoordingen en werd vervanging belemmerd door er het zoveelste intergouvernementele lichaam van te maken. Het werd ook op deze manier ingekleed om nationale regeringen niet af te schrikken door te beklemtonen dat het de bedoeling was hun soevereiniteit op te heffen.”

In hun analyse van de geschiedenis van de EU beweren de auteurs dat de EU niet voortkwam uit de Tweede Wereldoorlog, zoals veel mensen schijnen te denken. De EU was al minstens een generatie eerder gepland.

Het Schumanplan van 9 mei 1950, dat wijd en zijd werd gepresenteerd als het begin van de inspanningen om een Europese Unie op te richten en dat wordt herdacht op de “Dag van Europa”, bevat frasen die verklaren dat het een “eerste stap is naar de federatie van Europa”, en dat “dit voorstel zal leiden tot de verwerkelijking van de eerste concrete basis van een Europese federatie.” Critici van de EU hebben echter opgemerkt dat deze politieke doelstellingen gewoonlijk worden weggelaten wanneer aan de Verklaring wordt gerefereerd, en dat de meeste mensen niet van hun bestaan op de hoogte zijn.

Een federatie is natuurlijk een staat, en toch hebben de voorvechters van integratie binnen de EG/EU decennia lang bij hoog en bij laag bezworen dat ze niets weten van zulke plannen. De EEG/EG/EU heeft gestaag steeds meer kenmerken van een supranationale federatie verworven: een vlag, een volkslied, een parlement, een hooggerechtshof, een munteenheid, wetten.”

De stichters van de EU “zorgden er angstvallig voor hun burgers alleen de heilzame elementen van hun project te tonen. Het was zo opgezet dat het stapje voor stapje kon worden ingevoerd, als een geleidelijk voortschrijdend proces, zodat geen enkele fase van het project genoeg tegenstand zou oproepen om het te stoppen of te laten ontsporen.”

Booker en North noemen de Europese Unie een “staatgreep in slow motion: de meest spectaculaire staatsgreep in de geschiedenis,” met de bedoeling geleidelijk en zorgvuldig het democratische proces terzijde te schuiven en de oudere naties van Europa te onderwerpen zonder dat openlijk te zeggen.

Het is ironisch dat Frankrijk nu wordt gegijzeld door juist die krachten die ze zelf in beweging heeft gezet. De jihad-rellen van moslimimmigranten in Frankrijk in 2005 tonen aan dat Eurabië niet langer een kwestie is van Frans buitenlands beleid, het is nu de binnenlandse politiek van Frankrijk. Frankrijk zal in vlammen opgaan tenzij ze doorgaat toe te geven aan de Arabieren en met hun agenda in te stemmen.

De islamitische bevolking groeit explosief. Volgens sommigen is één op de drie baby’s die in Frankrijk worden geboren een moslim. Honderden moslimgetto’s volgen de facto al de sharia, en niet de Franse wet. Sommigen geloven dat Frankrijk als vanzelf een moslimland zal worden, terwijl anderen in de nabije toekomst een burgeroorlog voorspellen.

Misschien is er enige gerechtigheid in het feit dat het land dat het initiatief nam tot en de leiding nam in de vorming van Eurabië nu door haar eigen Frankensteinmonster wordt vernietigd. Ons over het dilemma van Frankrijk te verkneukelen heeft echter geen nut. De dreigende val van Frankrijk is slecht nieuws voor de rest van het Westen. Wat gaat er gebeuren met de financiële middelen van Frankrijk? En bovenal, wie erft de honderden atoomkoppen? Zullen deze wapens ook in handen vallen van de moslim jihadi’s?

Lees hier deel 2, deel 3, deel 4 en De Eurabië Code - 2008 updates.

De volledige Engelse tekst is op Gates of Vienna te vinden.

vrijdag 19 september 2008

Ramadan in Brussel

‘Verbied eten in het openbaar tijdens Ramadan’ kopte de Telegraaf enkele dagen geleden. Een enquête van onderzoeksbureau Maktoob-research in Dubai had uitgewezen dat de meeste moslims in Arabische landen willen dat niet-moslims tijdens de islamitische vastenmaand ramadan overdag niet eten en drinken in het openbaar. Van de zesduizend ondervraagden verklaarde 62 procent dat niet-moslims die in een Arabisch land wonen, overdag niet zouden moeten eten en drinken in het openbaar tijdens de ramadan. Alle restaurants en cafés zouden overdag dicht moeten zijn in de vastenmaand, vond 52 procent.

Blijkbaar zijn er ook in Brussel, hoofdstad van de islamitische kolonie Eurabië, moslims die er net zo over denken, en zich niet schromen om een Brusselse dhimmi dit deel van hun geloofsovertuiging hardhandig onder de neus te wrijven:

Dakloze neergeknuppeld omdat hij bier drinkt tijdens ramadan

Een veertigjarige dakloze is in Brussel door een man en zijn vader, allebei moslims, bijna doodgeslagen omdat hij een biertje dronk in de ramadanperiode. Rachid, de 19-jarige dader, ranselde slachtoffer Serge af met een staaf die met spijkers was bezet.

De dakloze probeerde zijn gezicht te beschermen met zijn armen, maar kon niet voorkomen dat een slagader in zijn been werd geraakt. Een ooggetuige waarschuwde de politie. Een groep jongeren was intussen spontaan mee gaan helpen om Serge af te tuigen.

In het ziekenhuis bleek dat Serge ruim twee liter bloed had verloren. Volgens zijn artsen is het een wonder dat hij nog leeft. Rachid werd aangehouden. Zijn vader wou zijn plaats innemen, maar dat is niet gebeurd.

www.nieuwsblad.be

Dat twee (volgens geenstijl.nl Marokkaanse) moslims weer eens geweld gebruiken om in een niet-islamitisch land de regels van hun “geloof” aan een ongelovige op te dringen, zal wel niemand meer verbazen. Dat een groepje jongeren 'zomaar' gaat helpen bij het aftuigen van die ongelovige ook niet. Dit is immers het zoveelste gewelddadige incident, gepleegd door moslims, dat is gebaseerd op de religieuze onverdraagzaamheid die door de islam al 1400 jaar wordt gepredikt. Maar waag het vooral niet om over dé moslims en dé islam te praten. Dat zou immers “niet eerlijk” zijn…

zaterdag 13 september 2008

Citaat van de week

Als we beledigingen willen vermijden moeten we in staat zijn ze af te weren; als we ons willen verzekeren van vrede, één van de machtigste instrumenten van onze toenemende welvaart, dan moet alom bekend zijn dat we altijd klaar staan om oorlog te voeren.

If we desire to avoid insult, we must be able to repel it; if we desire to secure peace, one of the most powerful instruments of our rising prosperity, it must be known, that we are at all times ready for War.

George Washington

vrijdag 12 september 2008

Europa voor de Afrikanen: is Robert Mugabe een held?

Vertaling van een artikel van Fjordman

De leider van de Afrikaanse Jongeren in Noorwegen (ja, we hebben diverse door de staat gesponsorde organisaties voor Afrikanen in Noorwegen), de Noors-Nigeriaan (dat is tenminste de officiële term, hoewel hij meer lijkt te denken als een Nigeriaan dan als een Noor) Sam Chimaobi Ahamba suggereert dat Robert Mugabe in Zimbabwe een vrijheidsstrijder is, en dat de aandacht van de Westerse media voor hem afkomstig is van de Westerse (lees: blanke racistische) woede over een Afrikaanse vrijheidsstrijder. “Ja, mensen worden in elkaar geslagen en vrouwen worden verkracht, maar dat gebeurt in elk land, niet alleen in Zimbabwe. Maar alleen Zimbabwe genereert deze ongelofelijke aandacht van de media,” zegt Ahamba.

“Ik ben het niet eens met het idee dat ik, alleen omdat ik Mugabe steun, het feit moet verdedigen dat hij een heleboel mensen heeft gedood.” Nee, hij steunt Mr. Mugabe “vanuit een pan-Afrikaans principe. Hij is een leider die zijn volk echt probeert te bevrijden van de Europese machten. De vrijheid van meningsuiting in dit land moet voldoende zijn om mij een dergelijk standpunt te laten innemen,” verklaart Ahamba.

Sam Chimaobi Ahamba beweert: “Zimbabwe is een land dat is ontstaan door de blanken te verbannen en hen de burgerrechten te ontnemen, wat een verklaring kan zijn voor alle aandacht en publiciteit die het krijgt in de media”. Zimbabwe’s onafhankelijkheidsstrijd was een “mijlpaal die symboliseerde dat we niet langer bang hoeven te zijn voor white power en overheersing, of slaven hoeven te zijn van een neokoloniale economie. Het was black power – en dat zonder verontschuldiging.” Hij beweert dat democratie in Afrika vaak door “blanke naties” is gedwarsboomd en dat ze dwars doorheen kijken door “de tactiek van het Westen om het recht te krenken van Afrikaanse landen op volledige en absolute onafhankelijkheid van de imperialistische en kapitalistische wurggreep van het Westen” op het Afrikaanse continent. “Zodra het Westen zijn zin niet krijgt, moet de zogenaamde Derde Wereld daaronder lijden.”

In Zimbabwe: “hadden de mensen zich bevrijd van de neokolonialen, ze hadden hun rechtmatig eigendom weer in bezit genomen en een leider aangesteld.” Daarom juichen zo veel Afrikanen Mugabe nu toe. “Vanuit een ware pan-Afrikaanse geest steunen we Mugabe omdat we zien dat het Westen al zijn smerige trucs inzet om hem af te zetten. Dit betekent dat ze bang zijn voor de macht die hij heeft om Zimbabwe te bevrijden uit hun systeem en het voorbeeld dat hij daardoor zal zijn voor andere Afrikaanse naties.”

Mr. Ahamba besluit met: “De kwestie van Zimbabwe is belangrijk voor ons omdat het onze families, ons continent en ons lot als een verenigd volk raakt. Dat mensen van Europese oorsprong ons Afrikanen cultureel nationalisme, trots en vechtlust ontzeggen is niet acceptabel, rechtvaardig of democratisch. Het is klassiek Eurocentrisme en grenst aan racisme om ons racisten en verdedigers van genocide te noemen alleen maar omdat we onze eigen leiders steunen. Afrikanen, of ze nu thuis op hun continent zijn of in de diaspora hebben een natuurlijk enthousiasme voor en een emotionele band met Zimbabwe omdat het ons thuis is en vanwege onze strijd tegen de onderdrukking.”

Ik weet zeker dat de ironie van het feit dat Mr. Ahamba, als Afrikaan in Europa, praat over “strijden voor de rechten van autochtonen” volledig langs hem heen gaat, of dat de autochtonen in Noorwegen hem, in hun naïveteit, een veel hogere levensstandaard verschaffen dan hij in enig Afrikaans land zou hebben gehad. Als naïeve Europeanen het hebben over het beperken van massale immigratie (die in feite een soort kolonisatie is), dan is diezelfde “Afrikaanse diaspora” een van de eersten die klaagt over “racisme”. Zij zouden het recht moeten hebben om de blanken uit Afrika te verdrijven, om die dan te kunnen volgen naar het buitenland. In andere woorden: Afrika voor de Afrikanen – en Europa óók voor de Afrikanen.

Ik zou Mr. Sam Chimaobi Ahamba het volgende willen vragen: Als hij zich zo “onderdrukt” voelt door die slechte blanken, waarom is hij dan verhuisd naar een land en een continent vol blanken? Is het niet een emotionele belasting voor hem om elke dag zo veel van die blanken te zien? Ik ben ook nieuwsgierig naar deze organisatie Afrikaanse Jongeren in Noorwegen, waarvan Ahamba de leiding heeft. Ons wordt meestal verteld dat Europeanen nu uit alle soorten, maten en kleuren bestaan, en dat het gelijkstellen van “Europeaans” aan “blank” passé, racistisch en slecht is. Maar wanneer ik foto’s bekijk van deze “Afrikaanse” jongerenorganisatie, dan zie ik niet veel blanke Zuid-Afrikanen, net zo min als Aziaten uit Oost-Afrika. Ze schijnen allemaal zwart te zijn. Betekent dit dat terwijl er “Europeanen” in allerlei kleuren zijn, “Afrikanen” maar één kleur hebben? Hoe verwarrend.

Zou ik uit eigen vrije wil naar Nigeria kunnen verhuizen om daar een organisatie voor Europese Jongeren in Nigeria op te richten, gesponsord door autochtone belastingbetalers, in de naam van “culturele diversiteit”? Ik denk het niet. Wat als ik openlijk steun betuigde voor beestachtige aanvallen en etnische zuiveringen van mensen in Europa die toevallig dezelfde huidskleur hebben als de meerderheid van de bevolking in het land waar ik woonde? Zou ik dit “vrije meningsuiting” kunnen noemen en het ongestraft kunnen doen? Wéér denk ik van niet. Alleen blanken zijn zo gekoeioneerd en vervuld van zelfverachting dat ze er zelfs nog voor betalen om zich in eigen land te laten beledigen.

Eigenlijk hoeven we niet eens iemand te beledigen of te belasteren om aangevallen te worden, het is al genoeg als we alleen maar suggereren dat we bestaan en dat we het recht hebben om te bestaan. Als we organisaties oprichten die specifiek zijn gewijd aan het opkomen voor onze belangen en het promoten van ons culturele erfgoed, dan worden we door de linkse media al gauw gedemoniseerd als “rechtse extremisten” en “neonazi’s”, en het is heel goed mogelijk dat we te maken krijgen met juridische vervolging door de autoriteiten. Mijn voorouders hebben sinds het einde van de laatste ijstijd in dit land gewoond, maar we hebben geen enkele status als een aparte groep. Pakistanen, Somali’s en Koerden hebben het recht in mijn land hun cultuur te behouden, maar ik niet. Hetgeen een andere manier is om te zeggen dat autochtone Europeanen tweederangs burgers zijn in eigen land, en bewust tot tweederangs burgers worden gemaakt door het heersende multiculturele model dat door wordt gepromoot door onze culturele elites op nationaal niveau, en door de Europese Unie en anderen op supranationaal niveau.

De enigen die specifiek het recht wordt ontzegd om enige trots in hun culturele erfgoed te tonen zijn de mensen van Europese oorsprong. Dat is het hele punt van het multiculturalisme. U had toch zeker niet gedacht dat er nog een ander punt was, wel? Zo kan bijvoorbeeld de “conservatieve” Zweedse premier Fredrik Reinfeldt in het openbaar zeggen dat de autochtone cultuur in zijn land alleen maar barbaars was, en dat al het goede uit het buitenland was geïmporteerd. Het Zweedse volk, net als de Noorse, Finse, Engelse, Vlaamse, Zwitserse, Oostenrijkse, Italiaanse volkeren enzovoort zijn taalkundig gedeconstrueerd en vernietigd. Onze landen bestaan niet langer als culturele entiteiten, alleen als lege vaten die gevuld dienen te worden met de “mensenrechten” van andere volken.

Tegen autochtone Europeanen wordt gezegd dat we geen cultuur hebben en dat we cultuur “krijgen” wanneer anderen naar ons land komen. Dit is een belediging voor duizenden jaren Europese geschiedenis, voor de Keltische, Germaanse en Slavische nalatenschappen en het Grieks-Romeinse en joods-christelijke erfgoed dat we allen delen. Het volgende ogenblik wordt ons verteld dat we wel een cultuur hebben, maar dat die bestaat uit niets anders dan een lange reeks misdaden en dus toch niet de moeite waard is om in stand te houden.

Mijn land heeft geen koloniaal verleden. Het werd pas in de 20ste eeuw onafhankelijk, en was op dat moment een arm land, maar toch word ik, omdat ik blank ben, persoonlijk verantwoordelijk gehouden voor elke feitelijke of denkbeeldige wandaad die ooit door iedere persoon met ongeveer dezelfde huidskleur als ik in de loop der geschiedenis is gepleegd. De Amerikaanse auteur Susan Sontag zei eens: “Het blanke ras is de kanker van de menselijke geschiedenis.” Mij wordt verteld dat ik slecht ben juist vanwege mijn ras, en vijf minuten later wordt me verteld dat “ras” niet bestaat, dat het een sociaal concept is. Dit betekent dat mensen van Europese origine verbaal (en soms fysiek) kunnen worden aangevallen omdat ze blank zijn, en dat hen toch systematisch elk middel kan worden onthouden om zichzelf tegen deze aanvallen te verdedigen of het motief ervoor te identificeren.

Ik houd Abdullah de kebabverkoper niet persoonlijk verantwoordelijk voor de plundering van Constantinopel, voor het ontvoeren en tot slaaf maken van miljoenen Europeanen, voor de kolonisatie van het Iberisch schiereiland, voor de ondergang van de Balkan of voor het verscheidene keren bedreigen van Wenen. Ik bekritiseer de islam omdat moslims hun verleden nooit hebben erkend en door zullen gaan met het plegen van gruweldaden zolang de jihad als institutie blijft bestaan. Ik geloof niet in collectieve verantwoordelijkheid, en ik vind niet dat iemand verantwoordelijk moet worden gehouden voor dingen die zijn voorouders eeuwen geleden hebben gedaan. Aan de andere kant, als ik persoonlijk de schuld op me moet nemen voor elke feitelijke of denkbeeldige wandaad die een blanke in het verleden ooit heeft begaan, dan is het alleen maar rechtvaardig dat ik persoonlijk ook de eer opstrijk voor hun prestaties.

De moderne wereld is in overweldigende mate gecreëerd door mensen van Europese afkomst. Als ik dus persoonlijk verantwoordelijk word gehouden voor het kolonialisme of de Trans-Atlantische slavenhandel, dan wil ik ook persoonlijke erkenning voor de grootste vooruitgang voor de mens die ooit door een beschaving op onze planeet is geboekt. De volgende keer dat onze kinderen wordt geleerd dat ze zich moeten schamen voor iets dat eeuwen geleden is gebeurd, moeten we ze vertellen dat ze trots moeten zijn op de ontdekking van het elektromagnetisme en bijgevolg van de telegraaf, de telefoon, radio, tv en het internet, op het feit dat chemie een tak van de wetenschap is (in tegenstelling tot alchemie), op de ontdekking van het concept “zwaartekracht” en het uitvinden van raketten die de aantrekkingskracht van de aarde kunnen trotseren om de ruimte te verkennen (Aziatische raketten werkten op buskruit en wogen hoogstens een paar kilo), op de eerste accurate wetenschappelijke metingen van de snelheid van het licht, op het maken van barometers en thermometers dat leidde tot het ontstaan van de meteorologie en de enige wiskundige temperatuurschalen die ooit door de mens zijn gemaakt, op de ontdekking van de gloeilamp, de koelkast, het bierblikje, de chocoladereep, de auto, het vliegtuig en praktisch alle moderne vervoersmiddelen, op de ontdekking van de microscoop en het ontstaan van de microbiologie en antiseptische middelen in de geneeskunde. Wij hebben al deze dingen gedaan, en nog veel meer. Niemand anders heeft dat gedaan, al beweren ze nog zo vaak dat het wel zo is.

Als de huidige immigratie doorgaat zal Frankrijk spoedig een Afrikaans moslimland worden dat toevallig ten noorden van de Middellandse Zee ligt. Als niet-Europeanen het recht hebben om zich te verzetten tegen kolonisatie, zouden Europeanen dan niet hetzelfde recht moeten hebben? Geen enkel Oost-Europees land heeft een koloniaal verleden en veel West-Europese landen hebben dat slechts in minieme mate. De Duitsers hadden een kolonie in Namibië. Waarom zouden ze daarom miljoenen Turken moeten accepteren, die zelf een bijzonder meedogenloze koloniale geschiedenis van duizend jaar hebben? Er zijn nog maar weinig Nederlanders in Indonesië, dus waarom zouden de Nederlanders zich in hun grote steden door Marokkanen en anderen tot een minderheid moeten laten reduceren? En waarom zouden Portugal, Spanje en Griekenland, die onder een eeuwenlange kolonisatie door islamieten hebben geleden, moslims in hun land moeten accepteren? Zwitserland, Zweden, Finland en Noorwegen hebben bijna helemaal geen koloniaal verleden, toch ondergaan ze massale immigratie. De waarheid is dat immigratiepolitiek weinig verband houdt met verleden, bevolkingsdichtheid of grootte. Ierland, Groot-Brittannië, Frankrijk, Zweden, Italië, Duitsland en Nederland hebben één, en slechts één enkel ding gemeen: de autochtonen zijn blank, en hebben daardoor schijnbaar niet het recht, aanspraak te maken op hun eigen land.

Zoals ik in mijn vorige essay Creating a European Indigenous People’s Movement heb geschreven heeft een Amerikaanse vriend van me voorgesteld dat autochtone Europeanen een Beweging voor Inheemse Europeaanse Volkeren in het leven roepen. Ik heb eerst geaarzeld dit te ondersteunen. In steeds meer Europese steden wordt de autochtone bevolking echter uit hun eigen wijken verdrongen door immigrantenbendes. Wanneer ze met geweld van de kant van immigranten worden geconfronteerd, krijgen autochtonen weinig of geen hulp van hun overheid en worden ze door die overheid soms zelfs met schaamteloze vijandigheid bejegend. In een tijdperk waarin de wereldbevolking in enkele decennia met miljarden mensen toeneemt, is het volkomen aannemelijk, in feite waarschijnlijk, dat het Westen spoedig demografisch onder de voet wordt gelopen. Niet weinige van onze intellectuelen lijken te genieten van die gedachte.

Bat Ye’or heeft in haar boek over Eurabia * gedocumenteerd hoe de Europese Unie het moslims actief mogelijk maakt Europese landen te koloniseren. De volgende keer dat de leiders van de EU klagen over hoe China met haar minderheden omgaat, stel ik de Chinezen voor het volgende te antwoorden: “Ja, wij vertegenwoordigen een antidemocratische organisatie die is gewijd aan het onderwerpen van de inheemse bevolking van Tibet, maar jullie vertegenwoordigen een antidemocratische organisatie die is gewijd aan het vervangen van de inheemse bevolking van een heel continent.” Ik heb niets met de Communistische Partij van China, een organisatie die verantwoordelijk is voor de dood van miljoenen eigen burgers, maar zelfs de Chinese autoriteiten zijn niet actief bezig hun eigen mensen te vervangen door gewelddadige moslims. De Europese autoriteiten doen dat wel.

In decadente maatschappijen in het verleden zetten de autoriteiten de poorten niet open voor vijandige naties en werd verzet daartegen niet verboden als intolerantie en barbarofobie. Waar we in het moderne Westen mee te maken hebben is niet slechts decadentie; het is één van de grootste daden van verraad in de geschiedenis. Onze zogenaamde leiders nemen wetten aan die het verzet tegen onze verdrijving verbieden als “racisme en uitingen van haat”. Als wij autochtone Europeanen naar onze media en onze leiders luisteren is het alsof we niet bestaan, alsof het normaal is dat deze de belangen van andere landen boven hun eigen land stellen. Ondanks het feit dat we “democratische” regeringen hebben, hebben veel Westerse landen autoriteiten die vijandiger tegenover hun eigen volk staan dan de dictators in sommige ontwikkelingslanden. Waarom? Ik kan verscheidene mogelijke redenen bedenken, maar hoe dan ook, het wordt tijd dat er een eind komt aan dat beleid.

* In de Nederlandse vertaling:

Eurabië
De geheime banden tussen Europa en de Arabische wereld
Auteur: Bat Ye'or
Uitgever: J.M. Meulenhoff
ISBN: 9789029079891
ISBN13: 9789029079891

woensdag 10 september 2008

maandag 8 september 2008

Citaat van de week

Denk je nou echt dat nederland ons wat boeit, enige wat we hier doen is profiteren van de goeie omstandigheden, ons toekomst ligt daar en niet hier

Commentaar op nieuws.marokko.nl van Mister_Riffi_07-09-2008 21:15

Komt het einde van het CO2-bedrog eindelijk in zicht?

(en krijgen we dan het geld van al die overbodige milieuheffingen weer terug?)

Klimaat veranderde zonder invloed van CO2

Net twee dagen terug in Nederland van een semi-wetenschappelijke expeditie naar het Canadese en Groenlandse Noordpoolgebied lees en zie ik het nieuws dat een rondje Noordpool varen nu mogelijk is . Wetenschappers hebben satellietbeelden geanalyseerd en vastgesteld dat er zoveel ijs is gesmolten, dat de doorvaart boven Canada, de North-West Passage , bevaarbaar is. Laat ik nou toevallig van 22 tot en met 25 augustus aan boord van de Russische ijsbreker Kapitan Khlebnikov in en rond de North-West Passage gevaren en door het ijs geploeterd hebben.

Mijn ervaring ter plekke werpt een ander licht op dit verhaal van wetenschappers die aan hun bureau satellietbeelden bekijken en dan een nieuwsprimeur over de gevolgen van het broeikaseffect proberen te krijgen. Daarom hieronder de genuanceerde realiteit.

Lees de rest van het artikel hier