Tijdens de parlementaire vergadering insisteerde de voorzitter van het Egyptische parlement dat de in Denemarken gepubliceerde cartoons en andere recente gebeurtenissen het bestaan aantoonden van een “cultureel gebrek.” Hashem al-Qaisi, lid van het Jordaanse parlement, veroordeelde de cartoons ook, en beweerde dat het niet voldoende is de cartoons te betreuren, omdat zoiets in een ander land opnieuw zou kunnen voorkomen.
En de voorzitter van het Europese parlement Joseph Borell sprak over het Middellandse Zeegebied als “de essentie van de problemen waarmee de mens wordt geconfronteerd". Hij zei dat hij, na de vergadering een jaar te hebben voorgezeten, “de complexiteit van het Middellandse Zeegebied nog steeds niet volledig begreep.”
Na de cartoonaffaire was Javier Solana, Hoge Vertegenwoordiger voor het EU Buitenlands Beleid naar het Midden-Oosten gereisd en had samen met islamitische leiders verklaringen uitgegeven dat “de persvrijheid verantwoordelijkheid en discretie met zich meebracht en dat de geloofsovertuigingen en –principes van alle religies gerespecteerd moesten worden.” Solana zei dat hij middelen had besproken om te zorgen dat “religieuze symbolen beschermd kunnen worden.” Hij voerde gesprekken met Sheikh Mohammed Sayed Tantawi van de Al Azhar Universiteit, het hoogste centrum van geleerdheid in de Soennitische islam, en met Amr Moussa, Secretaris-generaal van de Arabische Liga.
Solana had ook een ontmoeting met de leider van de Organisatie van de Islamitische Conferentie (OIC), Ekmeleddin Ihsanoglu. Na afloop van hun discussie betuigde Solana “onze oprechte spijt dat religieuze gevoelens zijn gekwetst”, en hij beloofde “zich in te spannen... om te zorgen dat mensen niet weer in hun diepste gevoelens worden gekrenkt.”
Slechts een paar jaar eerder had Solana, toenmalig Secretaris Generaal van de NAVO, in een toespraak verklaard dat “de oorzaak van conflicten in Europa en daarbuiten rechtstreeks teruggevoerd kan worden op de afwezigheid van democratie en openheid. Het ontbreken van de decompressieklep van een democratische dialoog kan ertoe leiden dat in deze maatschappijen geweld losbarst.” Dat hij ironisch genoeg nu zelf de democratische dialoog in Europa probeert te beperken door islamitische censuur komt blijkbaar niet bij hem op.
Intussen dringen de tentakels van de enorme, opgeblazen EU-bureaucratie ongemerkt binnen in regelingen over elke denkbaar onderwerp. Enkele voorbeelden van de bureaucratie zijn belachelijk; een aantal zijn grappig. Maar de Europese bureaucratie heeft een onheilspellende kant:
- Ze promoot een officiële “federale-EU ideologie” die het multiculturalisme voorstaat.
- Ze beschuldigt iedereen die de democratie op het niveau van de “nationale staat” wil behouden van “xenofobie”; en
- Ze noemt iedereen die immigratie uit de Derde Wereld wil beperken een “racist”.
In een rapport van de EU-waakhond tegen racisme werd gezegd dat er meer moet worden gedaan om racisme en “islamofobie” te bestrijden. Eén methode om dit te bereiken is het propageren van een lexicon waarbij het gebruik van termen die vermeend beledigend of onverschillig zijn voor de cultuur wordt vermeden. Dit lexicon zou in richtlijnen vastleggen wat EU-functionarissen en –politici niet mogen zeggen. “Islamitisch terrorisme” is beslist iets wat we niet zullen gebruiken… wanneer we het hebben over ‘terroristen die zich onterecht op de islam beroepen’” zei een EU-functionaris.
In het begin van 2006 bekritiseerde EU-commissaris voor de mensenrechten Alvaro Gil-Robles een plan om christelijk godsdienstonderwijs in lagere scholen in Denemarken te herzien. Gil-Robles zei dat dit tegen de Europese normen en waarden was. “Godsdienstonderwijs moet een algemeen vak zijn dat probeert de leerlingen inzicht te geven in de drie monotheïstische religies [benadrukt door Fjordman],” zei hij. De “drie monotheïstische religies betekent de christelijke leer, de joodse leer en de islam.
Mijns inziens zijn er drie manieren waarop we met de kwestie van godsdienstonderwijs kunnen omgaan.
- Geef onderwijs over de traditionele godsdiensten binnen een bepaald land, hetgeen in Europa betekent onderwijs over het christelijke en het joodse geloof.
- Geef onderwijs over alle belangrijke wereldreligies
- Laat godsdienst buiten het leerplan.
Wat de Europese Unie echter doet, is de islam behandelen als een traditionele Europese religie die op één lijn staat met het christelijke en het joodse geloof. Dit is een cruciale component van de Eurabische denkwijze en praktijk. Let op hoe de autoriteiten van de EU in dit geval rechtstreeks tussenbeide kwamen om een eens onafhankelijke natie te dwingen meer islamitisch onderwijs op te nemen in het leerplan van de scholen om hun kinderen een fikse dosis Eurabische indoctrinatie toe te dienen. Let ook op het feit dat ze niet vroegen om meer onderwijs in boeddhisme of hindoeïsme. Alleen de islam wordt gepromoot.
Een andere kwestie was de afwijzing van de Europese Commissie van een oproep gedaan door de Poolse president voor een debat in de gehele EU over de herinvoering van de doodstraf. “De doodstraf is onverenigbaar met de Europese waarden," zei een woordvoerder van de Commissie. Opnieuw gaat het er hier niet om wat uw mening is over de doodstraf. Waar het werkelijk om gaat is dat de als een gezwel voortwoekerende EU al voor u heeft bepaald wat “Europese waarden” zijn. Op die manier worden belangrijke kwesties buiten het publieke debat gehouden. Deze onschuldig klinkende uitdrukking "Europese waarden" verbergt een federale, Eurabische ideologie die door de hele Europese Unie wordt afgedwongen zonder enig respect voor de wil van het volk.
Misschien wel het meest beschamende en gênante aspect van de geschiedenis van Eurabië is hoe de zogenaamd kritische en onafhankelijke Europese media zich hebben laten corrumperen of bedriegen door de Eurabiërs. De meeste documenten over de Euro-Arabische Dialoog leggen specifiek de nadruk op het werken met de media, en de Eurabiërs bespelen de Europese media als een Stradivarius. Geholpen door een reeds bestaand antiamerikanisme en antisemitisme waren de Europese media maar al te graag bereid om de Verenigde Staten en Israël te demoniseren terwijl ze grotendeels zwegen over het onderwerp Eurabië.
In mei 2006 werd in Wenen een groot congres gehouden waarbij de media (journalisten) vanuit heel Europa betrokken waren, die als onderdeel van de Euro-Arabische Dialoog partners uit de Arabische wereld ontmoetten.
Europese functionarissen drukten in het openbaar hun “spijt” uit over het besluit van Dan Ashbel, de Israëlische ambassadeur in Oostenrijk, om het congres over racisme in de media te boycotten vanwege bezorgdheid in Jeruzalem dat er op de bijeenkomst korte metten werd gemaakt met antisemitisme. Een functionaris voor het congres - getiteld: Racism, Xenophobia and the Media: Towards Respect and Understanding of all Religions and Cultures" (Racisme, xenofobie en de media: naar respect en begrip voor alle religies en culturen, vert.) beweerde dat het antisemitisme niet van de agenda was afgevoerd. Deze functionaris verweerde zich door te zeggen dat “de bijeenkomst in de eerste plaats was bedoeld als dialoog tussen vertegenwoordigers van de media van alle Euro-Med partners over de problemen die hun beroep belagen, waaronder xenofobie, antisemitisme en islamofobie(benadrukt door Fjordman).”
De auteur Bruce Bawer denkt dat veel Europeanen wel inzien dat het multiculturalisme bezig is hun samenlevingen in het verderf te storten. Maar ze hebben hun hele leven van officieel goedgekeurde autoriteiten te horen gekregen dat elke bezorgdheid over multiculturalisme en de gevolgen daarvan neerkomt op racisme:
Men berust algemeen in het feit dat de multiculturisten in de media, de academische wereld, de overheidsinstellingen enz. de macht in handen hebben. De mensen weten heel goed dat als je vooruit wilt komen in een Europese maatschappij, je niet de confrontatie aangaat met het orthodoxe multiculturalisme. De gevestigde politieke orde zit stevig op zijn plek, onwrikbaar, onveranderbaar. De woede daarover mag dan wijdverbreid zijn, maar het is grotendeels een impotente woede. De Europeaan van tegenwoordig is opgevoed om passief te blijven, om de dingen over te laten aan zijn leiders, wiens wijsheid hij als vanzelfsprekend beschouwt, zoals hij dat zijn hele leven heeft geleerd. Om een levenslange indoctrinatie van je af te schudden is niet eenvoudig.”
Volgens Bat Ye’or heeft de angst voor de ontluikende oppositie tegen het beleid van de EU ten aanzien van de Arabische landen rond de Middellandse Zee geleid tot het onderdrukken van elke discussie over de economische- en integratieproblemen veroorzaakt door massa-immigratie. Elke kritiek op immigratie van moslims wordt eigenlijk weggewuifd met “zo werd er in nazi-Duitsland ook over de joden gepraat”, een belachelijke maar effectieve bewering.
Bat Ye’Or is het eens met de analyse van Bawer “betreffende het totalitaire onderling samenhangende web van 'leraren, professoren, de media, politici, medewerkers van overheidsinstellingen, pratende hoofden op TV, de vertegenwoordigers van door de staat gefinancierde “onafhankelijke” organisaties zoals SOS Racism’ dat de politiekcorrecte doctrine verspreidt. Dit maakt op perfecte wijze de politieke richtlijnen duidelijk die door de Europese Commissie sinds 1970 zijn uitgebracht om in alle Europese lidstaten de politieke, intellectuele, religieuze, media, onderwijs en publicitaire organisatie te coördineren en onder controle te houden om deze in overeenstemming te brengen met haar op multiculturalisme gebaseerde Mediterrane strategie.”
Wie het waagt openlijk vraagtekens te zetten bij het Politiek Correcte dogma krijgt als straf in zijn beroep te maken met pesterijen, boycots en laster. Volgens Bat Ye’or heeft dit geleid tot het ontstaan van een soort "verzetspers" alsof Europa “bezet” wordt door haar eigen gekozen regeringen. Deze vrije pers op het internet en in de blogs heeft gezorgd voor enige verandering, inclusief het afwijzen van de Europese Grondwet in 2005. Ondanks overweldigende steun voor de Grondwet van de regeringen in Frankrijk en Nederland en een massale mediacampagne van politieke leiders in beide landen werd de Grondwet door de kiezers afgewezen. Blogs speelden hierin een beduidende rol.
Slechts een paar maanden later schaarden de autoriteiten van de EU zich achter autoritaire regimes als Iran, Saoedi Arabië, Cuba en de Communistische Partij van China vóór “meer internationale controle” (lees: censuur) over het internet.
Volgens Richard North van het blog EU Referendum is “de gevaarlijkste vorm van propaganda die, welke schijnbaar geen propaganda is. En dat is de vorm waarin de BBC (de British Broadcasting Corporation) uitblinkt. Misschien de grootste zonde van allemaal is de zonde van het weglaten. Doordat ze ons gewoon niet informeren over belangrijke thema's wordt daartegen automatisch niet geprotesteerd tot het te laat is om er iets tegen te doen.
Vladimir Bukovsky is een vroegere Sovjetdissident, auteur en mensenrechtenactivist die in totaal twaalf jaar in Sovjetgevangenissen heeft doorgebracht. Hij woont nu in Engeland en waarschuwt tegen een aantal van dezelfde antidemocratische impulsen in het Westen, vooral in de EU, die hij beschouwt als een erfgenaam van de Sovjet-Unie. In 2002 nam hij deel aan protesten tegen het verplichte kijkgeld van de BBC. “Het Britse volk wordt gedwongen geld te betalen aan een corporatie die het vrije woord onderdrukt – meningen publiceert waar ze het niet per se mee eens zijn.” Hij heeft openlijk felle kritiek geleverd op de BBC voor haar “vooroordelen en propaganda,” vooral in reportages met betrekking tot de EU of het Midden-Oosten.
Het conservatieve parlementslid Michael Gove en de politiek commentator Mark Dooley klagen ook over eenzijdige verslaggeving: “Neem bijvoorbeeld de verslaggeving van de BBC over wijlen Yasser Arafat. In een portret dat in 2002 werd uitgezonden werd hij geprezen als een ‘icoon’ en een ‘held’, maar er werd geen melding gemaakt van zijn terroristenteams, corruptie, of zijn brute onderdrukking van dissidente Palestijnen. Hetzelfde gebeurde in 2004, toen Israël de geestelijke leider van Hamas, sjeik Ahmed Yassin, doodde en een reporter van de BBC hem beschreef als een ‘beleefde, charmante en geestige, intens gelovige man.’ Dit ondanks het feit dat Hamas onder leiding van Yassin honderden mensen had vermoord."
De Poolse schrijfster Nina Witoszek, die nu in Noorwegen woont, waarschuwt dat mensen die onder communistische regimes hebben geleefd een eigenaardig gevoel van déjà vu bekruipt in West-Europa.
“Voor je een zin vormt, schakel je de automatische censor in, die vraagt: “Wie beledig ik nu? Ben ik te pro-Israël, of misschien antifeminist, of – wat de hemel moge verhoede – anti-islam? Ben ik ‘progressief’ genoeg? Binnenkort schrijven we allemaal in cafeïnevrije taal en herhalen allemaal gehoorzaam alle welwillende mantra’s zoals ‘dialoog,’ ‘pluralisme,’ ‘verzoening,’ en ‘gelijkheid.’ Noorwegen is nooit een totalitair land geweest, maar veel mensen hebben nu het gevoel dat ze worden onderdrukt en dat hen de mond wordt gesnoerd. Ik ken veel verstandige Noren - en nog meer verstandige buitenlanders – die niet langer de energie hebben om tijd te verknoeien met bij te dragen aan een gecastreerde, paranoïde democratie. We geven de voorkeur aan veiligheid boven vrijheid. Dit is de eerste stap op weg naar vrijwillige slavernij.”
Ze citeert de Pool Czeslaw Milosz, eveneens auteur, die in 1980 de Nobelprijs voor literatuur won met boeken als The Captive Mind (Ned: De geknechte geest), waarin hij de verleidelijke kant van een totalitaire ideologie beschrijft.
Een essay van Milosz is getiteld: Ketman. "Ketman” of kitman" is een islamitische term die onder de aandacht van Milosz werd gebracht door Arthur Gobineau’s boek Religions and Philosophies of Central Asia. Het was hem opgevallen dat de dissidenten in Perzië, die allang gewend waren aan tirannie, een eigen stijl hadden ontwikkeld. Om te overleven was het vaak niet genoeg simpelweg je mond te houden, maar moest er indien noodzakelijk actief op alle mogelijke manieren worden gelogen. Deze strategie van huichelarij en bedrog wordt vooral beoefend door de sjiieten, maar ook door de soennieten, in de eerste plaats om niet-moslims te bedriegen, maar ze kan in noodgevallen ook worden gebruikt tegen andere moslims.
Volgens Milosz maakte men in communistische landen gebruik van een sterk daarop lijkende strategie. Vergelijkbaar met islamieten voelden de huichelaars zich superieur aan degenen die stom genoeg waren om hum werkelijke mening openlijk te verkondigen. In communistische samenlevingen was huichelarij evenzeer een techniek om je aan te passen aan een autoritair regime als een bewuste vorm van toneelspelen die steeds verfijnder werd.
Het is beangstigend om mensen die in vroegere communistische landen zijn opgegroeid te horen zeggen dat ze deze zelfde totalitaire impuls nu in West-Europa aan het werk zien. Volgens hen zijn wij in het Westen minstens zo erg gehersenspoeld door multiculturalisme en het politiekcorrecte gedachtegoed als zij ooit waren door het communisme. Dat is beangstigend, want ik denk dat ze gelijk hebben. Zijn we getuige geweest van de val van het IJzeren Gordijn in Oost-Europa, alleen maar om nu een IJzeren Sluier over West-Europa te zien neerdalen? Een IJzeren Sluier van EU-bureaucratie en Eurabisch verraad, van het Politiek Correcte Gedachtegoed, Multiculturele censuur van de media en de altijd aanwezige dreiging van islamitisch geweld en terrorisme die geleidelijk een einde maakt aan de vrijheid van meningsuiting. Het bureaucratische verraad wint steeds sneller aan stootkracht.
Grote aantallen autochtone Europeanen en zelfs enkele niet-moslim immigranten vertrekken stilletjes, zodat het continent langzamerhand verandert in een netto exporteur in plaats van een importeur van vluchtelingen. Wanneer grote delen van Europa worden overstroomd door barbaren – bijgestaan en aangemoedigd door onze eigen leiders, die we vertrouwen - en wanneer het mensen verboden wordt zich tegen deze aanval te verzetten, kan West-Europa dan nog een onderdeel van de Vrije Wereld worden genoemd? Zijn de landen van Oost-Europa van het ene “Rijk van het Kwaad” in het andere terechtgekomen? Zijn zij – en wij – terug in de EUSSR?
Vaclav Claus, de conservatieve president van de Tsjechische Republiek, heeft geklaagd dat: “Elke keer als ik probeer het een of andere wettelijke voorschrift uit de tijd van de sovjets af te schaffen, dan wordt me verteld dat wat ik probeer te schrappen wordt vereist door de Europese Commissie.” In februari 2006 waarschuwde Vladimir Bukovsky in een interview met Paul Belien van The Brussels Journal dat de Europese Unie hard bezig is een nieuwe Sovjet-Unie te worden. Vladimir Bukovsky noemde de EU een “monster” dat vernietigd moet worden, hoe eerder hoe beter, voor de EU zich ontwikkelt tot een volslagen totalitaire staat.
“Het uiteindelijke doel van de Sovjet-Unie was een nieuwe historische entiteit te creëren, het Sovjet-Russische volk, over de hele wereld. Datzelfde geldt voor de huidige EU. Ze proberen een nieuw volk te scheppen. Ze noemen dit volk “Europeanen,” wat dat ook mag zijn. Volgens de communistische doctrine en veel vormen van het socialistische gedachtegoed, moet de staat, de nationale staat, verdwijnen. In Rusland gebeurde echter het tegenovergestelde. In plaats daarvan werd de Sovjet staat een heel sterke staat, en werden de nationaliteiten uitgewist. Toen de Sovjet-Unie echter uiteenviel, kwamen al deze onderdrukte gevoelens van nationale identiteit weer boven en werd het land bijna vernietigd. Het was zo beangstigend.”
Timothy Garton Ash wordt beschouwd als een vooraanstaande expert over de toekomst van Europa. Bruce Bawer ziet in Garton Ash een typisch voorbeeld van Europa’s politieke elite. Ash wantrouwt nationaal patriottisme, maar hij verafgoodt de EU. Hij schrijft over de noodzaak voor een kunstmatig Europees nationalisme (vlaggen, symbolen, een Europees volkslied dat we kunnen zingen”) om “de emotionele identificatie met Europese instellingen” te bevorderen. En waarom heeft Europa eigenlijk de EU nodig? Het antwoord van Garton Ash: "Om te voorkomen dat we terugvallen in de slechte oude gewoontes van oorlog en Europese barbaarsheid." Een van zijn suggesties is dat Europa "de oprichting van een Arabische Unie" stimuleert. Hij maakt geen gewag van Arabische democratie. Wanneer hij zich “Europa in 2025 op zijn allerbest” voorstelt, dan ziet hij het als een “associatie met Arabische landen en Rusland die zich uit zou strekken van Marrakesh, via Cairo, Jeruzalem, Bagdad en Tbilisi, helemaal tot aan Vladiwostock."
De Europese Commissie opperde het controversiële idee van een zangevenement in alle lidstaten om de vijftigste “verjaardag” van de Europese Unie, de vijftigste jaardag van het Verdrag van Rome van 1957, te vieren. Commissaris Margot Wallstrom lobbyde voor grootschalige verjaardagsfestiviteiten om “de voordelen die de Europese integratie de burgers heeft gebracht te benadrukken.” Diplomaten zeiden dat het idee afschuw had gewekt onder de nieuwe, vroegere communistische lidstaten zoals Polen, Hongarije en Tsjechië, die werden herinnerd aan het “Stalinistische tijdperk”, toen de mensen door de staat werden gedwongen om te zingen. Brussels besloot op meer bescheiden wijze feest te vieren, en is ook van plan ongeveer €300.000 uit te geven om 50 burger-“ambassadeurs” te benoemen, onder de naam “Gezichten van Europa”, die gedurende het hele jaar “hun verhaal moeten gaan vertellen” over wat de EU in hun dagelijkse leven voor hen betekent, evenals een reeks activiteiten voor schoolkinderen en jonge mensen. Duitsland zal zijn eigen idee uitvoeren om duizenden bakkerijen 54 verschillende soorten taarten te laten bakken naar recepten uit alle 27 lidstaten.
Commissaris Wallstrom suggereerde in 2005 dat politici die zich verzetten tegen het bundelen van de nationale soevereiniteit een terugkeer van de Nazi-gruwelen van de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw riskeerden. Haar medecommissarissen brachten ook een gezamenlijke verklaring uit waarin ze verklaarden dat EU-burgers als blijk van eerbetoon aan de doden van de Tweede Wereldoorlog vóór de EU-grondwet zouden moeten stemmen. De commissarissen schreven het einde van de Koude Oorlog volledig op naam van de EU, zonder de rol van de NAVO of van de Verenigde Staten te vermelden.
Is de EU een instrument om een eind te maken aan oorlogen? In oktober 2006 waarschuwde Michel Thoomis, de secretaris generaal van de Franse vakbond Action Police CFTC, voor een burgeroorlog in Frankrijk, veroorzaakt door moslimimmigranten: “We bevinden ons in een burgeroorlog, georganiseerd door radicale Islamisten. Dit is niet langer een kwestie van stadsgeweld, dit is een intifada, met stenen en Molotovcocktails. Het zijn niet meer twee of drie jongeren die de confrontatie met de politie aangaan, het zijn hele torenflats die leeglopen en de straat op gaan om hun “kameraden” te bevrijden wanneer die worden gearresteerd.”
Deze moslimimmigranten werden binnengehaald door precies dezelfde Europese elites die nu willen dat de Europese burger hun werk bejubelt met taarten en liedjes. Terwijl de burgermaatschappijen in West-Europa uit elkaar vallen onder de druk van de islam, zijn de overheidsinstanties van de EU druk bezig de immigratie van moslims uit te breiden, waarbij ze zichzelf intussen gelukwensen omdat ze vrede op het continent hebben gebracht. Welke vrede? Waar?
De Vrede van Westfalen maakte in 1648 een einde aan de Dertigjarige Oorlog, de laatste grote religieuze oorlog in Europa, en hielp de grondslagen te leggen voor de moderne nationale staten. Voor de nationale staten hadden we dus een patroon van burger- en religieuze oorlogen zonder grenzen. Dit is waar we nu weer heengaan, we zijn weer terug bij het begin, alleen is het deze keer een jihad zonder grenzen die burgeroorlogen in Europa ontketent. Terwijl de EU mogelijk helpt oorlogen tussen naties met oude rancunes te voorkomen, zoals tussen Duitsland en Frankrijk, kan ze ook daadwerkelijk andere soorten oorlogen ontketenen. Dit doet ze door het verhogen van multiculturele spanningen en een gevaarlijk gevoel van vervreemding tussen burgers en degenen die worden verondersteld hun leiders te zijn.
Oorlogen bestonden al duizenden jaren voor de komst van de moderne nationale staat. Het is een stuk waarschijnlijker dat het verzwakken van nationale staten het einde betekent van ons democratische systeem, een systeem dat nauw verbonden is aan het bestaan van soevereine nationale staten, dan dat het een einde zal maken aan oorlogen.
Op de vraag of de lidstaten van de EU vrijwillig waren toegetreden tot de unie, en of de integratie die daarvan het gevolg was de democratische wil van de Europeanen weergeeft, antwoordde Vladimir Bukovsky: “Nee, dat is niet het geval. Kijk naar Denemarken, dat twee keer tegen het Verdrag van Maastricht stemde. Kijk naar Ierland [dat tegen het Verdrag van Nice stemde]. Kijk naar veel andere landen die onder enorme druk staan. Het is bijna afpersing. Het is een truc voor idioten. De mensen moeten stemmen in referendums tot ze zo stemmen als men wil. Dan moeten ze ophouden met stemmen. Waarom ophouden? Laten we doorgaan met stemmen. De Europese Unie is wat de Amerikanen een shotgun wedding, een moetje, noemen.”
In 1992 had Bukovsky ongekende toegang tot geheime Sovjetdocumenten van onder andere het Politbureau, zoals beschreven in zijn boek Judgement in Moskou. In januari 1989, tijdens een bijeenkomst van Sovjetleider Gorbatsjov, de vroegere premier van Japan Nakasone, de vroegere Franse president Valéry Giscard d’Estaing, de Amerikaanse bankier Rockefeller en de vroegere Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger, verklaarde Giscard d’Estaing naar verluidt: “ Europa zal een federale staat worden en u zult zich daarop moeten voorbereiden. U zult met ons, en met de Europese leiders, moeten uitwerken hoe u daarop denkt te reageren.”
Dit was in de jaren tachtig van de vorige eeuw, toen de meeste media nog elk gerucht over een politieke unie die de nationale staten zou onderwerpen afdeden als een sensatieverhaal. Vijftien jaar later was Valéry Giscard d’Estaing de man die het grootste deel van de werkelijk afgrijselijke EU Grondwet opstelde, een ondoorzichtige pil van een boek van honderden pagina’s, dat alle checks and balances mist die in de Amerikaanse Grondwet van zulk cruciaal belang zijn. Giscard heeft gesuggereerd dat het afwijzen van de Grondwet in Franse en Nederlandse referenda in 2005 “een vergissing was die gecorrigeerd moet worden” en heeft erop aangedrongen dat: “De tekst uiteindelijk zal worden aangenomen.”
Giscard heeft ook gezegd dat “het een vergissing was gebruik te maken van referenda” omdat “het voor niemand mogelijk is de volledige tekst te begrijpen.” Boezemt het de burgers van Europa vertrouwen in dat we worden verondersteld onder het gezag te vallen van een “Grondwet” die te complex is om door de meeste niet-bureaucraten begrepen te worden? Volgens de Spaanse minister van Justitie Juan Fernando Lopez Aguilar “hoef je de Europese grondwet niet te lezen om te weten dat hij goed is.”
Jean-Luc Dehaene, de vroegere premier van België, zei dat: “We weten dat negen van de tien mensen de Grondwet niet gelezen zullen hebben en zullen stemmen op basis van wat politici en journalisten zeggen. Bovendien, als de uitkomst ‘Nee’ is, zal er waarschijnlijk opnieuw moeten worden gestemd, omdat het absoluut ‘Ja’ moet zijn.”
De journalist Nidra Poller is echter sceptischer. In een commentaar op het debat voorafgaand aan het Franse referendum over de EU Grondwet vestigde ze de aandacht op een onderdanige houding onder EU-leiders ten opzichte van eisen van moslims: “De Euro-Mediterrane ‘Dialoog’ is een meesterstuk van laffe capitulatie.” De Europese Unie doet dienst als een tussenstadium van een onheilspellend project dat een ineenstorting van de traditionele Europese cultuur vereist, om vervangen te worden door een nieuwe Eurabische cocktail. En ze vraagt: “Wanneer subversieve appeasement (concessiepolitiek) zich verschuilt achter de sluier van ‘Dialoog’, welke abominabele ambities zouden verhuld kunnen worden door het nobele woord ‘Grondwet’?”
Lees hier deel 1, deel 2, deel 4 en De Eurabië Code - 2008 updates.
De volledige Engelse tekst is op Gates of Vienna te vinden.