woensdag 9 februari 2011

Wat als eigenlijk het volk het probleem is?

Daniel Greenfield

Talloze ‘talking heads’ en neoconservatieve experts verzekeren ons dat een rooskleurige toekomst zich als een magisch tapijt voor Egypte uitstrekt. Leuzen als “democratie", “vrijheid”, “volksvertegenwoordiging” druppelen één voor één uit hun printers. Elk cynisme wordt laatdunkend afgedaan en scepticisme wordt naar de prullenmand verwezen. Hier wordt geschiedenis geschreven. Het lastige aan geschiedenis is echter dat het geen vast punt op een kaart is, maar een ononderbroken golf. Net als het tij wordt geschiedenis keer op keer nieuw gevormd en herhaald, als golven die op de oevers van de tijd breken en uitrollen.

Mubarak is het probleem, wordt ons verteld. Hun probleem is hij zeker. De hinderlijke tweeëntachtigjarige luchtmachtofficier staat hun dromen van een nieuw Egypte in de weg. Als hij er niet was, zou Egypte een liberaal model voor de regio zijn. Net als Gaza, Libanon en Irak. Maar is de dictator of het volk het probleem? De betogers worden verenigd door hun wens Mubarak te verjagen. Maar waar staan ze eigenlijk voor, naast open verkiezingen?

59 procent van de Egyptische moslims wil democratie en 95 procent wil dat de islam een belangrijke rol speelt in de politiek. (Omdat Egypte ongeveer 5 procent christenen heeft, betekent dit dat 100 procent van de moslims wil dat de islam een belangrijke rol in de politiek speelt.) 84 procent vindt dat afvalligen de doodstraf moeten krijgen. Zo zal de Egyptische democratie eruitzien. Een unanieme meerderheid die een islamitische staat wil en een krappe meerderheid die de democratie wil. Wie denk je dat er gaat winnen? Een democratische meerderheid in het land steunt het vermoorden van mensen in de naam van de islam. Mubaraks regering executeert afvalligen en overspeligen niet. Een democratisch Egypte zal dat echter wel doen. Waarom? Omdat het de wil van het volk is.

De cheerleaders die met hun pompons voor Egyptische democratie staan te zwaaien schijnen niet te snappen dat de uitkomst anders dan positief zou kunnen zijn. Het is een geloofspunt voor ze dat vrijheid tot vrijheid leidt. Dat uit open verkiezingen mensenrechten voortkomen. Dat het probleem alleen bij de dictator kan liggen, niet bij het volk. Nooit bij het volk. Dat is hun ideologie en daar blijven ze bij.

Sinds de Tweede Wereldoorlog zijn we uitgegaan van het “Hitlermodel”. Volgens het “Hitlermodel” bestaan er geen slechte naties, alleen slechte regeringen. Met de mensen zelf is niets mis, alleen grijpt soms een piepkleine extremistische minderheid de macht. Dit stelt de liberaal aangelegde mens in staat de noodzaak voor incidentele oorlogen in overeenstemming te brengen met zijn geloof in de mensheid. In plaats dat ze oorlog voeren tegen naties, voeren ze oorlog om naties te bevrijden van hun tirannieke regimes. Vanaf die tijd hebben we deze “bevrijdingsoorlogen” gevoerd.

We hebben gevochten om Korea en Vietnam te bevrijden van het communisme, maar het ontbrak ons aan één ding. De steun van de gewone man voor wiens vrijheid we vochten. Tegenwoordig hebben Zuid-Koreanen meer op met Kim Jong Il dan met ons. We hebben gevochten om de tirannen van Koeweit en Saoedi-Arabië te bevrijden van Saddam Hoessein. Als beloning financierden ze de terroristen die ons sindsdien naar het leven hebben gestaan. We hebben gevochten om Irak te bevrijden van Saddam, en het hele land implodeerde in strijdende partijen. Onze “Overwinning in Irak” kwam tot stand omdat we een overeenkomst sloten met de Ba’athisten tegen de sjiieten en Al Qaida, waarbij we in wezen weer een gebrekkige versie van Saddams oude status-quo invoerden. We vochten om Afghanistan te bevrijden, en nu komen we tot de ontdekking dat we bondgenoten zijn van enkele islamitische krijgsheren die vrouwen mishandelen en kleine jongetjes verkrachten – en tegenstanders van andere islamitische krijgsheren die vrouwen mishandelen en kleine jongetjes verkrachten.

Democratie uitdelen alsof het snoep is lost de bestaande culturele problemen niet op. Het maakt geen einde aan onverdraagzaamheid, het brengt geen vrijheid voor vrouwen en het maakt geen einde aan het moorden in de naam van Allah. Open verkiezingen zijn niet beter dan de mensen die eraan deelnemen. De 84 procent van de Egyptenaren die afvalligen willen vermoorden hebben problemen die niet worden opgelost door democratie. Het probleem in Egypte is niet Mubarak, maar de Egyptenaren zelf.

Laten we een ander voorbeeld nemen. In Jordanië, het volgende doelwit van de vrijheidstour, vaardigde koning Hoessein een wet uit die de eerwraak van vrouwen strafbaar maakte. Hun democratisch gekozen parlement verwierp de wet met 60 tegen 25 stemmen. Daar hadden ze maar 3 minuten voor nodig. Dat is wat democratie zou betekenen voor de Jordaanse meisjes die worden vermoord door hun echtgenoten, broers en vaders: het recht van het volk en zijn volgens de regels verkozen vertegenwoordigers om de moord op vrouwen te legaliseren.

Het “Hitlermodel” zegt dat je alleen maar de dictator en zijn medewerkers hoeft te verwijderen om democratie, vrijheid en wederzijdse vriendschap in te luiden. Maar wat als de dictator niet het probleem is, maar het symptoom van een groter cultureel probleem?

Neem de Koude Oorlog. We hebben het communisme zonder een enorme oorlog verslagen. De Berlijnse Muur ging plat. Democratie arriveerde in Rusland. Alleen zijn we nu weer terug bij af. De situatie in de regio is teruggezet naar die van voor de Tweede Wereldoorlog, met een chaotisch Oost-Europa en een roofzuchtig Rusland. Economische liberalisatie en zelfs het einde van het communisme hebben het onderliggende patroon niet veranderd. Ondanks een korte periode van democratie is Rusland teruggekeerd naar een totalitair regime met boze plannen voor de rest van de regio. Dat zou voor niemand een schok moeten zijn geweest, want precies hetzelfde gebeurde er na de val van de tsaren die uiteindelijk culmineerde in de overname door de bolsjewieken. Alle hervormingen en liberalisatie gaven de gemiddelde Rus niet wat hij het meeste wilde: stabiliteit, orde en een sterk land.

Vrijheid is cultureel bepaald. Het is niet hetzelfde als democratie, en democratie is evenmin even alomtegenwoordig en universeel als haar voorstanders ons zouden willen doen geloven. Net als alle vormen van macht kan ze alleen uitgeoefend worden door hen die er klaar voor zijn. Een groot deel van de wereld is er niet klaar voor, net zo min als Europa in de twaalfde eeuw klaar was voor de Grondwet. Krijgen ze het recht om te kiezen, dan kiezen ze tirannie. Ze zullen kiezen wat ze kennen boven dat wat ze niet kennen: stabiliteit boven instabiliteit, orde boven vrijheid.

Een maatschappij met een in haar cultuur verankerde sociale hiërarchie zal deze hiërarchie zelfs met democratische verkiezingen handhaven. Zulke verkiezingen zullen geen vrijheid brengen voor vrouwen of rechten voor religieuze minderheden of vrijheid van meningsuiting voor onpopulaire meningen. Dat zijn zaken die voortkomen uit wettelijke garanties zoals die in de Grondwet, ze zijn niet het natuurlijke gevolg van open verkiezingen. De experts die in de columns van alle grote kranten druk bezig zijn net te doen alsof het zo werkt gedragen zich als dwazen.

De Verenigde Staten hebben hun vrijheid hoofdzakelijk te danken aan hun cultuur. Deze vrijheden waren een uitvloeisel van de rechten van de Engelsen en van de Verlichting. Ze kunnen niet naar een ander land worden geëxporteerd, zonder ook de culturele aannames waaruit ze zijn voortgekomen daarheen te exporteren.

De periode van de grootste liberalisatie in Egypte was onder Britse heerschappij. Sindsdien zijn de kosmopolitische nachtclubs platgebrand en is het land verder afgezakt naar de islamisering. Onder Mubarak is zelfs het huidige niveau van de mensenrechten in Egypte hoger dan dat in de meeste buurlanden. De reden daarvoor is dat Mubarak banden heeft met Amerika. Hoe democratischer Egypte wordt, hoe meer de burgerrechten zullen verdwijnen. De machthebbers zullen de sociale kwesties zien als een gemakkelijke manier om compromissen te sluiten met de Moslim Broederschap. Naarmate de culturele banden met het Westen verslappen, zullen ook de vrijheden afnemen.

De islamisten begrijpen dit veel beter dan de neoconservatieven. Daarom voeren ze ook zo meedogenloos campagne tegen de Westerse cultuur. Ze begrijpen dat gedrag voortkomt uit culturele aannames, meer dan uit wetten. Terwijl wij proberen instellingen naar de islamitische wereld te exporteren, exporteren zij de islamitische cultuur naar ons, en ze hebben heel wat meer succes gehad ons te veranderen, dan wij hen. Instellingen worden gevormd door cultuur, maar culturen worden niet gevormd door instellingen. Exporteer alle aspecten van het Amerikaanse staatsbestel naar Egypte, en het zal er op de Egyptische manier werken, niet op de Amerikaanse. Binnen een jaar zal de Egyptische regering precies zo functioneren als nu. Alleen uiterlijk zal het er iets anders uitzien.

Mubarak is een van de laatste Janitsaren,de door het Westen opgeleide legerofficieren die in de hele Arabische wereld de macht grepen om een of andere kromme, ogenschijnlijk moderne regeringsvorm te verwezenlijken. Wanneer het leger de greep op de macht kwijtraakt zal Egypte nog verder afglijden. Het machtsverlies van de Turkse krijgsmacht betekent een afglijden naar islamisme en terrorisme. In Egypte zal dat hetzelfde betekenen.

Het "Hitlermodel” is de ideologische blinde vlek van zo veel liberalen en liberaalgezinden die volhouden dat een hele natie niet slecht kan zijn, alleen een dictator, net zoals een religie niet slecht kan zijn, alleen een piepkleine minderheid van extremisten. Hun voorspelbare reactie op elke crisis is erop aan te dringen dat met een nieuwe regering alles anders zal worden, dat het systeem openbreken onvermijdelijk de daarin inherente vrijheid zal brengen. Zoals zo vaak het geval is, kan één enkel slecht idee tot overweldigende dwaasheid leiden.

Een volk dat niet gelooft in het recht op leven, op vrijheid en op het nastreven van geluk zal niet vrij zijn, ongeacht hoe vaak het naar de stembus gaat. Je kunt voor elk huis een stembus neerzetten en elke week verkiezingen houden, en toch zal het niets opleveren. Vrijheid mag dan het geboorterecht zijn van elke man, elke vrouw en elk kind op aarde, maar ze kunnen die vrijheid niet bezitten tot ze haar opeisen. Zolang ze geloven in het recht van de meerderheid om de minderheid te onderdrukken, in de waarde van orde over vrijheid, en het primaat van de moskee boven alle civiele en wettelijke rechten: dan zullen ze nooit vrij zijn. Nooit. Hun verkiezingen zullen leiden tot chaos of tirannie. Zo is het in het Midden-Oosten. Zo zal het altijd zijn tot ze hun geboorterecht opeisen door de koran dicht te klappen en hun ogen te openen.

Bron